65
brief van 9 februari 1893 retourneert deze de aan hem gestelde vragen om
opheldering met de mededeling, dat de heer Visser gevestigd is te Noord-
Schermer gemeente Oterleek! Uit deze correspondentie blijkt duidelijk hoe fel
men jaagt op mensen, die onbevoegd de geneeskunst uitoefenen. De historie
vermeldt helaas niet hoe deze zaak afloopt.
Het duurt tot 15 februari 1897, alvorens de praktijk hervat wordt door dokter
Venker, die tot die tijd praktizeerde in Warmenhuizen. Groot was de
verbazing, toen hij op 8 september 1901 plotseling vertrok naar Leersum. De
gemeente Oterleek is boos en eist de aanstelling tot gemeentearts terug, maar
die heeft dokter Venker niet, want hij blijkt een contractarts te zijn en
derhalve meent hij plotseling te kunnen vertrekken.
Op 27 september 1901 aanvaardt dokter Ten Veldhuys schriftelijk zijn
aanstelling tot gemeentearts en blijft dit tot 1 juni 1915. Daartoe kondigt hij
op 9 april 1915 schriftelijk aan, dat hij zijn activiteiten als gemeentearts in
verband met mogelijke toekomstplannen naar alle waarschijnlijkheid zal gaan
beëindigen.
Een bevestiging hiervan volgt in een brief d.d. 3 mei 1915.
Over het apotheekhoudende deel van de huisartsenpraktijken is weinig te
vinden, maar zeker is, dat dokter Ten Veldhuys op 20 november 1902 in
Oterleek in het huwelijk treedt met mejuffrouw E.J. Voorwijk uit Bussum, die
in datzelfde jaar het diploma apothekersassistente behaalt. Zij is haar man in
de apotheek behulpzaam. De praktijk werd toendertijd gehouden in het thans
nog bestaande huis aan de Noordervaart 130 te Stompetoren. Dokter Ten
Veldhuys gaat naar Leeuwarden en wotdt aldaar onderwijzer aan de
Rijksnormaalschool (een inrichting tot vorming van onderwijzers), huisarts en
spoorarts en zal stellig behoord hebben tot de eerste bedrijfsartsen van wat wij
nu de N.S. noemen.
Dokter Heringa is zijn opvolger en hij begint op 1 juni 1915 de
werkzaamheden in Stompetoren. Hij had korte tijd waargenomen in
Warmenhuizen, alwaar dokter Blom was overleden. Hij had zich aldaar
kunnen vestigen, ware het niet dat de gemeenteraad een katholieke dokter
wilde hebben en dokter Heringa was niet katholiek. Hij krijgt een aanstelling
als gemeentearts in Oterleek en vervolgens een tweede aanstelling in
Schermerhorn. In Stompetoren is in 1907 een gloednieuw praktijkhuis voorde
gemeentearts van Oterleek gebouwd, waarover later meer. en tot op heden is
de praktijk zonder onderbreking daar gevestigd.
In 1954 bereikt dokter Heringa de leeftijd van vijfenzestig jaar. Hij is dan
negenendertig jaar huisarts in Stompetoren en om de veertig jaar te kunnen
volmaken, krijgt hij middels een raadsbesluit toestemming om nog een jaar
aan te blijven. Hoewel hij per 2 juli 1955 zijn praktijk neerlegt, krijgt hij nog
wel een officiële aanstelling voor het verrichten van de doodschouw, welke
duurt tot 1 maart 1957 en die door de gemeente Oterleek gehonoreerd wordt
met de somma van tien gulden per geschouwde overledene!