49
lweg in de
wat voor-
ek van de-
elding van
timmerman
voor ogen
(ndarische
rnaar hij
terwijl
fantasie
van de maker zal zijn ontsproten. In de phoenix-legende komt
die althans niet voor.
Volgens deze legende was de phoenix een Arabische of Assy-
rische vogel, die ook in Egypte gesignaleerd zou zijn. Het
dier zou leven van wierook en sap van amoom, een specerij
achtige plant, en had tussen bek en staart 50 orgelpijpen.
Daarmee zou hij in zijn stervensuur welluidende muziek voort
brengen. Vervolgens zou hij zo snel met de vleugels klappen
dat een door hem zelf gebouwde brandstapel vlam zou vatten,
waardoor hij zichzelf zou offeren aan de zon om uiteindelijk,
schoner dan tevoren, weder te keren uit zijn as.
Om dit laatste ging het bij de naamgeving van de boerderij
aan de Starnmeerdijk. Deze is drie jaar geleden, in de mei
maand verbrand. Ze had een fraaie voorgevel. Deze boerderij
dateerde uit 1907 en was verrezen op de plaats waar ook voor
dien al een "huismanswoning" had gestaan. De fraaiere en
modernere herbouw was in de plaats gekomen,wegens brand, van
de eerdere woning.
Echter, het lijkt erop dat hier sprake is geweest van een
herhaling der geschiedenis want...met zekerheid kan worden
aangetoond dat al in 1812 op diezelfde plek een woning heeft
gestaan met de naam "De Vogel Phoenix".
In een desbetreffend artikel citeert mr.J.Belonje in "De
Speelwagen" 4e jaargang (1949) blz.51, een testament wat op
25 juni 1812 werd verleden voor notaris G. de Heer Cz.
te Alkmaar, van de comparant "Jacob Groot, Bouwman, wonende
in de Starnmeer, onder de jurisdictie van Akersloot, Canton
Alkmaar no.1 op de Huismanswoning genaamd de Vogel Phoenix
gemerkt no.12 ziek te bedde leggende in een vertrek genaamd
de Opkamer, zijn uitzicht hebbende op de Starnmeers Dijk..."
Aan die boerderij was al een sage verbonden, volgens welke
de boerderij heel lang geleden door een boze dienstbode in
brand was gestoken. Dit om de sporen van een door haar ge
pleegde diefstal onzichtbaar te maken. De boerderij zou daar
na schoner zijn herbouwd en dit zou de oorspronkelijke verwij
zing naar de legendarische arabisch-assyrische zonnevogel-
met-de-orgelpijpen zijn geweest. De oorsprong van dit verhaal
bestaat uit louter overlevering; bewijzen zijn er niet,
maar dat hoeft de waarheid ervan niet in de weg te staan.
Gastdagen waren van oudsher vaak de plaats van zulke monde
linge overleveringen.
Een merkwaardigheid is overigens dat in het genoemde testa-
ment de comparant Jacob Groot heette. De bewoner/eigenaar