een opmerkelijke vondst gedaan. Peter Eggers
lid van onze vereniging, bracht er in de omgeving
van de camping een aantal scherven aan het dag
licht, die konden worden gereconstrueerd tot een
zogenaamde Jutse pot. Een vrij grote kookpot van
aardewerk zoals er worden aangetroffen in heel
Noordwest Europa, tot in Jutland.
De reconstructie van het potfragment (tesamen
vormen de scherven ongeveer een kwart van de
oorspronkelijke pot) laat duidelijk het oor
spronkelijke model zien, met de karakteristieke
rand. Professor De Bruijn van de Rijksdienst
Oudheidkundig Bodemonderzoek, gevestigd te
Amersfoort, die enkele jaren geleden hier een
inleiding hield, bij welke gelegenheid Peter
Eggers hem de reconstructie liet zien, dateerde
deze op "beslist tiende eeuw", dus in de jaren
tussen 900 en 1000.
Er woonden dus kennelijk al twee- a driehonderd jaar
eerder mensen waar nu Graft ligt, dan voorheen werd
aangenomen. Herman Kaptein meent dat dit echter
het gestelde in de rijmkroniek niet behoeft tegen
te spreken. Het latere Schermereiland zou vóór de
beruchte stormvloeden, die de Zuiderzee en de
grote Noordhollandse binnenmeren hebben doen ont
staan, een bewoond hoogveengebied zijn geweest.
Tussentijds zou het als moerassig land tijdelijk
onbewoond zijn geweest. Uit een en ander bl.ijkt
dat zo'n bodemvondst als Peter Eggers heeft ge
daan, heel belangrijk kan zijn en opeens een
heel ander licht op de vroege geschiedenis van
onze omgeving kan werpen.
Peter Eggers heeft meer merkwaardige vondsten
gedaan. Vorig jaar na de najaarsschouw in de