de wal. Koning Willem III kende hem hiervoor een gouden medaille toe. Enige maanden later ontving hij van het College Zeemanshoop een zilve ren tabaksdoos. De Noord en Zuid- Hollandsche Reddingmaatschappij kon toen ook niet achterblijven en schonk hem een zilveren medaille met inscriptie. In de loop der jaren verrichte hij nog meer spraakmakende reddingen en zijn vermoedelijk laatste redding was onder schipper Jan Koningstein, waar bij in november 1873 de bemanning van het Engelse schoener "Emma" werd gered. In januari 1874 ontving Cornelis Dito van de Reddingmaat schappij een grote gouden medaille met inscriptie "Cornelis Dito 1852 -1873" voor alle reddingen die hij in die afgelopen periode had verricht. Hoewel Dito tijdens reddingen veel initiatief vertoonde en vakbekwaam was, heeft hij toch nooit als schipper op de roeireddingboot gevaren. Zijn bijnaam kreeg Cornelis Dito van de Helderse hoofdonderwijzer D. Dekker, want in het najaar van 1865 verscheen het door hem geschre ven werkje "Cornelis Dito, een held in stormgevaar", als feuilleton in de Nieuwe Courant van Den Helder. Twee jaar later probeerde Dekker, bij gestaan door o.a. de tekenleraar van het KIM J.C.Leich, en de heren Zur Muhlen en Goedkoop (beiden reders) en de Breuk (eigenaar Hotel Den Burg), via een advertentie in de krant, geld in te zamelen voor een nieuwe vlet voor Dito. Cornelis was namelijk op 21 april 1867 met zijn maten voor de Helderse kust aan boord gekomen van het binnenlopende Nederlandse schip "Baron van Pallandt van Rosen- dael". Dat schip strandde echter waar bij ook de vlet van Dito verloren ging. Die nieuwe vlet kwam er. In 1872 verscheen bij de Helderse uitgeverij Laureij voor de prijs van 10 cent, het door D. Dekker geschreven Het grafmonument (Ahl) voor Cornelis Dito op de algemene begraafplaats te Huisduinen. verhaal in boekvorm. Het inspireerde enige Helderse notabelen om Corne lis Dito voor te dragen voor een hoge koninklijke onderscheiding, Broeder in de orde van de Nederlandse Leeuw, maar helaas had dat initiatief geen succes. Verder stelde de oud zee officier en kunstschilder Heemskerk van Beest, bijgestaan door de eerder genoemde Leich, een schilderij van 2000, -- ter beschikking voor verlo ting ten bate van Dito. Het is echter niet duidelijk of men dit deed om hem te eren of dat Dito in behoeftige omstandigheden verkeerde. Na de dood van Dito in 1886, werd het boekje van Dekker opnieuw uitge geven, om met de opbrengst daarvan een waardig grafmonument voor de Helderse zeeheld te bekostigen. In augustus 1886, een halfjaar na de dood van Dito, werd dit grafmonu ment, dat overigens nog steeds te bewonderen is, plechtig onthuld op de Huisduiner begraafplaats. In de zogenaamde Egner-reeks, ten bate van het Helden-der-Zee-fonds "Dorus Rijkers", werd in 1925 "De held in stormgevaar" van D. Dekker wederom gedrukt, maar nu herschre ven door meester W. Heeroma. Het boekje was populair, want er versche nen verscheidene drukken van. Cornelis Dito is echter nog steeds niet vergeten. In 1896 werd de vroegere Bos straat in de van Galenbuurt omgedoopt in Cornelis Ditostraat. Na de Tweede Wereldoorlog werd dit de M.H. Tromp straat maar de naam Cornelis Ditostraat keerde terug in het vernieuwde Oud Den Helder. En nu is er dus ook een reddingboot met zijn naam. De Cornelis Dito ter hoogte van Oudeschild, met aan boord de doopster Florence Jeijsman (foto KNRM). 17

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 2014 | | pagina 17