Lied der Belgische Vluchtelingen.
i.
Donderdagnacht,
Wie had dat verwacht,
Werd onze woning beschoten.
Waar moest ik heen?
Was ik alleen,
Ik had mij op den vijand gewroken.
Mijïrvrouw en kinderen zaten thuis,
Ze waren stil gelijk een muis.
Refrein:
Ik kon het in huis niet meer houden,
'kBen toen de straat opgegaan.
Daar zag ik veel menschen sjouwen
Met pakjes op Holland aan.
'k Heb toen mijn kleeren genomen
Wij zijn toen meegegaan
En toen tezaam
Bij Holland gekomen.
Ach Holland, neemt gij ons aan.
II.
In Roosendaal
Kwamen wij aan,
Werden zeer liefd'rijk ontvangen.
En menigeen liep toen maar heen,
Een mensch z'n gemoed werd bevangen.
Men dacht toen aan dien naren tijd,
Toen wij twijfelden aan Holland's onzijdigheid.
Refrein:
Nu hebben wij ondervonden
Wat Holland wezen mag.
'tEcht Hollandsch hart kwam weer boven,
Op 't land en in de stad.
Overal was men ons behulpzaam,
Iedereen gaf ons wat,
Zelfs een oud moedertje
Gaf ons haar doek af,
'tEenige wat ze bezat.
ni.
Wij werden verdeeld,
Waar moesten wij heen,
We gingen naar Den Helder vertrekken.
'kZei tot mijn vrouw
Komt nu heel gauw,
Dan kunt gij vast de kinderen wekken.
Wij kwamen in Den Helder aan,
Het Comité dat nam ons aan.
R el' r el n
Holland, 'k zal u gedenken,
Zoolang ik het leven geniet.
Ik zal u mijn liefde schenken,
't Oranjehuis vergeet 'k niet.
Dat God het nog lang zal sparen,
Is iederen Belg zijn wensch.
Gij Koningin, gij zachtste op aarde,
Vervuld worde onze wensch.
Marinier le klasse N. TORENSTRA.
Het 'Lied der Belgische Vluchtelingen'.
Buitenhaven 4. Mej. Bais, Dijkstraat
32. De heer v.d. Bilt, Vosstraat.
Mevr. De Boer-Jongkees, Koning
straat 28-30. Mevr. De Bruijn-van
Ringelensteijn, Vischmarkt. Mevr.
Dibbetz-Romeny, Hoofdgracht 86.
Mevr. Guise-Lulofs, Hoofdgracht
65. Mevr. Oosting-Trentels, Stati
onsweg 6a.'
Elite
Zoals gebruikelijk was het de elite
van de stad die bij dit soort liefda
digheidsacties het voortouw nam.
Mevrouw Naudin was de echtge
note van de commandant van de
Stelling Den Helder. Mevrouw De
Bruijn was de echtgenote van de
directeur van de openbare lagere
school aan de Vismarkt; later werd
zij voorzitter van het comité Vrou
wenkiesrecht. Mevrouw De Boer
was de echtgenote van de directeur
van drukkerij De Boer, die ook
de Heldersche Courant uitgaf. Zij
zou in 1936 bij een auto-ongeval
verdrinken in het Noord-Hollands
Kanaal. De dames Dibbetz en Guise
waren getrouwd met een leraar
aan het Koninklijk Instituut voor
de Marine. En C.L. van de Bilt was
leraar aan de Rijksnormaalschool
(voor onderwijzers), auteur van
'Gidsen van Den Helder' en werd
later lid van de Tweede Kamer voor
de Rooms-Katholieke Staatspartij.
De oproep om hulpgoederen was
een schot in de roos. Negen da
gen later meldde de krant:'t Gaat
prachtig. De weldadigheidszin on
zer plaatsgenooten verloochende
zich niet. De commissie heeft be
schikking weten te verkrijgen over
een niet bewoond perceel aan den
Kanaalweg. 't Staat er met groote
letters: „Hier worden goederen
aangenomen voor de Belgische
vluchtelingen". En van alle kanten
komen de goederen bij de comité
leden en in 't magazijn. Daar is 't
één bonte mengeling, 't Sorteeren
alleen is al een heel werk. Net iets
voor dames, die alles netjes rang-
24