land voor enige tijd verkaveld en
als bouwterrein verkocht is, worden
thans enige percelen gebouwd. Als
weldra ook de overige eigenaren der
aanwezige percelen tot bebouwing
overgaan dan ontstaat er weer een
geheel nieuwe wijk in deze gemeen
te die aanleiding zou geven om nog
meer nieuwe woningen te bouwen".
In december 1892 waren de eerste
woningen gebouwd en niet veel la
ter gingen de eerste huizen aan de
Polderweg in de verhuur voor twee
gulden per week. Een van de eerst
bewoners was op nummer 1 de tim
merman Th. C.G. Moorman.
Woningbouw
In die jaren waren er ook plannen
om er een Nutspaarbank te vestigen.
De krant schreef in het najaar van
1894 dat: "Op een wandeling door
de gemeente verdient het zeker
een aanbeveling eens een kijkje te
nemen in de zogenaamde nieuwe
stad en de aanbouw aldaar te be
zichtigen. Terwijl in de Rozenstraat
(vanaf het jaar 1915 Emmastraat
genoemd) een aantal gewone woon
huizen worden gesticht verrijst op
de hoek van de straat en van de Pol
derweg een groot gebouw voor de
Nutspaarbank, geheel naar de plan
nen van de bouwkundige opzichter
van de gemeente Kastelijn". Terwijl
er bebouwing aan het begin plaats
vond waren de boerenbedrijfjes
richting de Vijfsprong nog volop in
bedrijf. Maar de bebouwing kwam
snel naderbij zodat er percelen
weilanden te koop werden aange
boden. Ook vond aan de Vijfsprong
de bouw van de watertoren plaats.
In oktober 1907 schreef de krant:
"Boven huizen en gebouwen ver
toond hij zich als een monument,
zichtbaar voor een ieder. Het is een
De watertoren met
fraai plantsoen en het
Lidwinaziekenhuis.
(Foto circa 1950)
prachtig groots werk. Het geheel
geeft de indruk dat hier door de
aannemer de heer Spruit, naar het
ontwerp van de ingenieur Schotel,
een voortreffelijk werk wordt ge
bouwd". De watertoren werd op 27
december 1907 in gebruik genomen.
Ook de woningbouw vorderde. In
februari 1913 opende C. Tijsen op
de hoek met de Bothastraat zijn
zaak in kruideniers en grutterswa
ren, koek, banket en suikerwerken.
En iets verder liet Volkshuisvesting
Den Helder woningen bouwen tus
sen de Bothastraat en Cronjéstraat
zodat niet lang daarna (1917) de
huizenbouw aan de Polderweg tot
nabij de watertoren was voltooid.
De huizen tussen de Cronjéstraat en
de watertoren werden aangeduid als
herenhuizen, de overige huizen aan
de Polderweg als burgerhuis of flink
huis. Zomer 1921 stond in de krant
dat: "Zij die de laatste weken hun
wandelingen rondom de stad heb
ben gemaakt zullen met genoegen
de vorderingen hebben gezien die
men hier maakte". Voor het laatste
stukje Polderweg werd in 1924 de
katholieke Jozefschool voor jongens
in gebruik genomen, terwijl enige
jaren later op 2 mei 1929 het Lid-
wina ziekenhuis op de hoek met de
Javastraat plechtig werd ingewijd en
in gebruik werd genomen. De Pol
derweg was hiermee voltooid terwijl
de buurt vertrouwd raakte met de
zusters Dominicanessen (nonnen)
die de verpleging in het ziekenhuis
verzorgden.
Stadstuinman
Aan de onbebouwde zijde langs het
spooremplacement lag een sloot
en volkstuinen die spoortuintjes
werden genoemd. Tegen het Ko
ningsplein aan lag een brede oprit
naar het spooremplacement dat
veelading werd genoemd. Het was
van de Polderweg gescheiden door
een hek van oude spoorbielzen en
diende voor het in- en uitladen van
vee, vracht en goederen, kermis- en
circuswagens, legermanschappen
13