Lezers reageren: padvinder bij de Wilhelminagroep Ik moet ongeveer tien jaar geweest zijn toen mijn vader me opgaf voor de padvinderij. Dat was in het begin van de jaren vijftig van de vorige eeuw. "Die jongen moet wat onder handen hebben", zei hij tegen mijn moeder. Je vermaak lag toen heel anders dan het jeugdvermaak van thans; de televisie moest nog opkomen, je trok veel op met vrienden, vaak buiten. Ik werd opgegeven via Piet Tijdeman, die een zaak had in de Sluisdijkstraat, voor huishoudelijke artikelen en elek triciteit. Het was toen gewoon datje een doosje zekeringen kocht voor het licht thuis. Natuurlijk wordt je geheugen op de proef gesteld als je je dingen wilt herinneren. Mijn zuster werd naar hockey gestuurd op het voormalige Hermesterrein aan de Meeuwenstraat, waar nu een AH-zaak en een scholen gemeenschap staan. Onze vader verdiende als werfiaan niet zoveel, maar we konden ons sociaal bezighouden. En zo kwam ik terecht bij H.K.H. Wilhelminagroep in een bunkercomplex aan de Linie, waar nu een kinderboerderij is. Dat het lang geleden is blijkt uit een foto, alleen het oude Parkzicht-ziekenhuis stond er nog. Later werden er een bejaardenhuis gebouwd en het Ge- miniziekenhuis. Het eerstgenoemde staat er niet meer door sloop. Rechts zien we het Churchillpark (voorheen Timorpark). Het was nog de tijd van de zwart-wit fotografie. Ik werd altijd zaterdagmiddag op gehaald door Cor Bakker, bijnaam voor ons: 'Kokkie', wiens vader een melkzaak had in het begin van de Ooievaarstraat. Het was nog een echte melkboer die nog langs de huizen ging met z'n melkbussen. Cor woont op het Julia- naplein en ik kom hem wel eens tegen bij Albert Heyn. Het is opvallend dat de huizennum mering in de Ooievaarstraat in de 20 begint in plaats van bij 1. Daardoor kreeg ik vroeger het idee dat ze de straat nog eens zouden doortrekken richting spoor, maar het is bij een idee gebleven. De bijeenkomst in het 'troephuis' begon altijd met een ceremonie. We stonden in een kring en riepen "Akela wij doen ons best, djip, djip, djip"! We hadden ook een soort staf met een dierenkop - die van een wolf - er op, versierd met lintjes. Was je er al een tijdje, want sommigen haakten af, dan kreeg je een groen petje en een das om je hals. Daarna gingen we vaak naar het toenmalige Timorpark voor wat acti viteiten. Zo leerden we knopen leggen, de platte, en de schootssteek voor het aanslaan van een vlag, een knoop die ik later bij de Marine ook moest ken- Vóór het bunkercomplex. Op de achtergrond het oude, afgebroken Parkzichtziekenhuis met een stukje Timorlaan 120

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 2009 | | pagina 26