op voor rechtenstudenten 'Dordrecht', was assistent van zijn hoogleraar staatsrecht, de latere minister van justitie, Prof. De Ruiter en trok regel matig het land in met de cabaretgroep 'Déja VU' met Marnix Kappers; in 1966 won deze groep de publieksprijs op het Delftse Cabaretfestival 'Came- retten', een prijs die in 1967 en 1968 naar groepen als Ivo de Wijs en Don Quishocking zou gaan. Na zijn afstuderen werd hij weten schappelijk medewerker aan de Uni versiteit van Utrecht en was hij actief in het Chili-comité. In 1974 werd hij advocaat in die stad en richtte met een groep artsen, juristen en publi cisten het Medisch Juridisch Comité Politieke Gevangenen op, wat tot vele internationale contacten en verga deringen leidde. Hij nam overigens van dat comité afstand toen dat (in de zgn. RAF-periode in Duitsland) in zijn ogen in te radicaal vaarwater kwam. Hij vond bovendien dat 'dog- matisch-links wat weinig gevoel voor humor had'. In 1978 keerde hij terug naar Am sterdam om met Arnoud Willems en anderen het advocatencollectief 'de Pijp' op te richten. Hij werd op richter en de eerste voorzitter van de Vereniging voor Sociale Advocatuur. Zijn ervaringen in deze Amsterdamse volksbuurt inspireerden hem tot het schrijven, samen met zijn collega's Berend Tomlow en Herman Ruesink, van een boek over het huurrecht. Niet zozeer voor specialisten, maar voor praktijkmensen en hulpverleners. Het eerste exemplaar van 'Recht voor de huurder - wegwijs in het huurrecht' (uitg. Vermande 1981) werd aangebo den aan minister De Ruiter van jus titie. Het voorzag in een behoefte en zou meerdere drukken beleven. Hij schreef graag. Eveneens in 1981 verscheen bij uitgeverij de Mandarijn zijn gedichtenbundel 'Vleugels van Satie'. Daaruit: het kerkhof in Huisduinen wit tempeltje met lijnig kruis dode zeeredders en mijn vader die langs een lang laantje de zaken leiden moest de ondernemer heette Visser had een bal in zijn linkernek en een speelgoedwinkel in de Keizer straat daarachter verdachten wij hem van kisten timmeren (uit: Vleugels van Satie 1981) aanschietende storm wachten de vrouwen in branding van weleer razende bol heisdeur en verdronken slaan grondzeeën alarm carillon dat spelen gaat Dorus Rijkers kiest geen zeegat meer wordt windstil gedragen gegroet en begraven bij het monument gekomen verlaten vissers hun boten luisteren zwijgend naar de zee die schuil gaat achter dijken van geloof (opgenomen in: Literair Den Helder) Ook schreef hij jarenlang columns voor De Waarheid, artikelen voor de Groene Amsterdammer en teksten voor allerlei gelegenheidscabarets binnen de alternatieve advocatenscè- ne, waarin hij de draak stak met alles waar hij en zijn collega's zich mee bezig hielden. Hij begeleidde zichzelf daarbij regelmatig op de trekzak. Tussen de bedrijven door werkte hij in een huisje bij Nieuw-Beerta aan een roman. Hij hield van de zee en van het Noorden: van Friesland, van Den Helder, van eilanden: Fair Isle boven Schotland en de Faroër. In 1987 maakten Dolf en ik, aan gemoedigd door onze partners die hun pappenheimers goed kenden, getweeën een tocht naar de Faroër. Een wereld van zeeën, zout, luchten, licht, wind, vis, teer en meeuwen, waarin we ons totaal 'senang' voelden - Nieuwediepers nietwaar We praat ten, schreven stukjes en waren het er roerend over eens dat we volgend jaar naar Jan Mayen zouden gaan. Nog tijdens deze zwerftocht kon digden zich voortekens aan van wat later een ernstige ziekte zou blijken. Na terugkomst kreeg Dolf epilep tische aanvallen en werd een zware hersentumor geconstateerd. Tussen de ziekenhuisperiodes die volgden - gepaard gaande met afasie en geheu genverlies - door, werkte hij hard aan vele onvoltooide teksten en gaf in een vriendenoplaag een bundeltje zieken huisgedichten uit: Rebusolleke Knol (mei 1988) St Lucas AMC Van Leeuwenhoek St Lucas September Oktober Sint Maarten Sint Juttemis 14

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Levend Verleden - Den Helder | 2008 | | pagina 16