NHD in 2006 op de planken met 'Gewoon te gek' (3e van links: Jos de Koek).
naar elkaar toe. Dan voorzie ik voor
Den Helder best nog wel mogelijk
heden, want er blijven altijd wel een
aantal toneelfanaten, zoals ik er een
ben, over."
Jos de Koek relativeert zijn - op de
eigen vereniging gericht - pessi
misme: "En alles heeft natuurlijk weer
zijn golfbeweging. Om het maar even
Helders te houden: stad aan zee. Maar
het golft allemaal. Alles heeft zijn ups
en zijn downs. Kort geleden hebben
wij een toneelproductie in moeten
trekken. Ja, halverwege zijn we daar
mee gestopt, omdat het niet lukte. Dat
heb ik nog nooit meegemaakt. Toen
dachten wij al min of meer: dit is ons
einde."
Volkstoneel
De Koek zegt dat NDH groot is ge
worden door het spelen van het echte
oude volkstoneel. Met stukken van
Cor Bruijn, van Herman Heijermans,
van Anton Kool, van Anne de Vries
en kaskrakers-van-toen, zoals 'Sil de
strandjutter' en 'Hilde' (die beiden
zestien keer werden opgevoerd!),
'Flierefluiters' Oponthoud', 'Onder
de pannen', 'Een schip vaart uit', 'Met
hartelijke gelukwensen' en 'Schakels'.
Tussen 1957 en 1981 verzorgde NDH
in totaal 211 voorstellingen met 32
verschillende stukken.
De NDH-preses: "Onze toenmalige
regisseur, Henk Rensmaag, huldigde
altijd het standpunt van 'het gniffelen
van het publiek met het zakdoekje
in de hand', ja, de lach en de traan.
Dat bekoort. En dat is wel gebleken
ook. Anno nu is het allemaal anders.
Mensen willen tijdens hun gezellig
avondje uit lachen. Voor ons is het
soms moeilijk op dat punt een con
cessie te moeten doen, dat wil zeggen:
in plaats van een stuk met karakter
rollen neerzetten, dan wel terug te
grijpen naar het oude volkstoneel,
opnieuw een blijspel in studie nemen.
Nee, er is natuurlijk niets mis mee, als
je rekening houdt met de wensen van
het publiek, want van de mensen die
naar ons toe willen komen moeten
wij het hebben. Per definitie moet de
vereniging ook financieel haar hoofd
boven water zien te houden."
J.A. Bruin
(wordt vervolgd)
130