de Dijkstraat waren verlicht met
gaslampen. Een jaar later had ook de
Rijkswerf gaslicht en in oktober 1864
de Petrus en Pauluskerk. De Helder-
sche Courant schreef daarover: "Bij
de godsdienstoefening in het kerkge
bouw werd voor het eerst de nieuw
aangelegde gasverlichting gebezigd.
De plaatsing van de 92 gasvlammen
worden geroemd, er bleef in het ge
hele kerkgebouw geen plek over waar
men minder goed kon zien". De zaken
gingen voorspoedig; in de periode
1880 werd de gasfabriek aan de zuid
zijde uitgebreid met een gashouder-
kuip van 20 meter diameter.
Na een klachtenperiode tussen de ge
meente en de gasleverancier nam op
voorspraak van de gemeenteraad de
gemeente in 1902 de particuliere gas
fabriek over voor ruim f 160.000,00
gulden 72727). Het gasbedrijf was
een openbaar nutsbedrijf geworden.
In 1880 telde onze gemeente bin
nen de bebouwde kom 275 gaslan
taarns. De branders in de lantaarns
moesten een vlam geven van min
stens zes centimeters hoog en op
die hoogte minstens elf centimeters
breed zijn. Het lichtgevend vermo
gen moest analoog zijn met de wijze
waarop men te Londen de lichtkracht
van het gas bepaalde (Sugg's Londen
Argand No, die 141,5 liters gas per uur
verbrandde), dat is een lichtsterkte
gelijk aan minstens 13 kaarsen. Als
deskundige, om de lichtkracht en zui
verheid van het gas van de Helderse
straatverlichting te controleren, stelde
de gemeente de apotheker Andries
Roem aan.
In die periode werd begonnen met de
aanleg van gasleidingen naar de la
gere scholen binnen de Linie. Verder
voerde de gemeente de muntgasmeter
in en liet (inhoud 5000m3 en 8000m3)
twee nieuwe gashouders bouwen.
Door het steeds stijgende gasver
bruik kon de fabriek op volle toeren
draaien, ook tijdens de uren dat het
gasverbruik niet hoog was, omdat de
overproductie in de nieuwe gashou
ders kon worden opgeslagen. Huis
duinen dankte de aansluiting op het
gas aan het waterpompstation aan de
Duinweg. In 1906 werd een gasleiding
naar de gasmotoren van de waterlei
ding aangelegd en daardoor kregen
de dorpsbewoners ook aansluiting op
het gasnet.
De straatverlichting brandde tot
aan de Eerste Wereldoorlog op gas.
Daarna begon men straatlantaarns op
elektriciteit aan te sluiten. Toch liet de
gemeente in de oudere wijken tot in
de jaren zestig nog een groot aantal
lantaarns op gas branden.
Het personeel poseert trots vóór de gasfabriek. Het gebouw rechts dateert van 1904.
5