De winkel van Oudkerk en Van Praag (beeldbank HHV).
was dat natuurlijk ook weer niet want
er waren altijd kapers op de kust.
Met behulp van een kruiwagen werd
vervolgens de buit naar de Ooievaar
straat overgebracht. Vraag me nu
niet hoe ik destijds zo gauw aan een
kruiwagen kwam, ik weet het zelf ook
niet meer precies, maar het zal onge
twijfeld op een onregelmatige wijze
zijn geweest.
Al deze onregelmatige handelingen
werden, zolang als het om voedsel
of brandstoffen ging, aangeduid met
'organiseren'. Nadat de oorlog afge
lopen was heette het plotseling weer
stelen en niet alle jeugdige personen
konden zo plotseling die omschake
ling maken. Zo gebeurde het, nadat ik
mij op onrechtmatige wijze toegang
had verschaft tot het winkelpand van
de firma Oudkerk en van Praag, op
de hoek van de Nieuwstraat en de
Spoorgracht (later werd hier hotel het
Wapen van Den Helder gevestigd) in
de kraag werd gevat door de brigadier
van politie Treffers. Hij sprak mij ver
manend toe en leverde mij achterop
de fiets af bij de ouderlijke woning
alwaar mij, tot mijn grote verbazing,
een niet geringe bestraffing wachtte.
Enige maanden daarvoor werd ik juist
geprezen wanneer ik iets eetbaars of
iets brandbaars in de wacht had ge
sleept.
Het verschil tussen 'mijn' en 'dijn' was
niet altijd even duidelijk. Het zou
kunnen dat het iets met Duitse naam
vallen te maken heeft, mijn, dijn, zijn
enz.
Nadat alle Duitse briketten buiten
ons bereik aan de Vischmarkt waren
opgeslagen moesten we op zoek naar
alternatieve mogelijkheden en die
werden, tijdens de winter 1944/1945,
gevonden aan de Bassingracht waar
zich twee gigantische houten loodsen
bevonden op een terrein nabij de
toenmalige onderzeedienstkazerne
waar militairen van de Kriegsmarine
waren gelegerd. De onderzeedienstka
zerne werd na de oorlog omgedoopt
tot mijnendienstkazerne en werd later
gesloopt.
In één van deze loodsen waren zak
ken met generatorcokes opgeslagen
en in de andere bevonden zich zak
ken met houtblokjes. De cokes en de
houtblokjes werden gebruikt om de
gasgeneratoren mee te stoken die er
toe dienden om auto's bij gebrek aan
benzine voort te bewegen.
De loodsen werden opengebroken en
een aanzienlijk deel van de inhoud
verhuisde naar woningen in de Pilo
en de Vogelbuurt. In opdracht van
buren en kennissen, 'organiseerde' ik
zakken met cokes die vervolgens weer
werden geruild voor b.v. een stuk
17
