Ook de in 2003 overleden Arie Boon
heeft een plaats gekregen in Bijzon
dere mensen. Boon was jarenlang
voorzitter van de Helderse Historische
Vereniging en behoorde tot de drij
vende krachten achter de stichting
Historische Grafmonumenten die zich
beijvert voor de Huisduiner begraaf
plaats.
Zeer de moeite waard zijn voorts de
hoofdstukken die tot in detail vertel
len over diverse scheepsrampen. Zoals
die met het marineschip De Adder
dat in 1882 voor de kust van Zuid-
Holland met man en muis verging.
Ter nagedachtenis van de vijfenzestig
slachtoffers die de ramp eiste, is op
Huisduinen een grafmonument opge
richt.
Bijzondere mensen, bijzondere, zer
ken verdient lof. Maar ook een woord
van kritiek is op zijn plaats. Zo haalt
Bremer in hoofdstuk 10 M.M.J. Hoog-
enbosch aan, die ooit een verhaal
publiceerde over de rooms-katholieke
aannemers Janzen. De gebroeders
droegen in de 19e eeuw zeer veel bij
aan de toenmalige bloei van de stad,
concludeert Hoogenbosch. Bremer
relativeert dit oordeel op pagina 49
van Bijzondere mensen. De 'rooms-
katholieke amateur-historicus Hoog
enbosch' verzuimt erop te wijzen dat
de Janzens destijds ook goed voor
zichzelf zorgden, aldus Bremer. Hoog
enbosch zou in deze 'bijna hagiogra
fisch' te werk zijn gegaan.
Rooms-katholiek? Hagiografisch?
Wat te denken van de protestantse
historicus Jan Bremer die schrijft
over Cornelis Breet? De broodbakker
die in de late 19e en vroege 20e eeuw
zwaar evangeliserend rondging in het
Helderse. Naar deze historische figuur
is, aldus Bremer op pagina 6 van Bij
zondere mensen, 'terecht' een straat
in Den Helder vernoemd. Dat mag zo
zijn, maar om nu een hoofdstuk van
veertien pagina's te besteden aan Breet
is wel erg veel van het goede. Te meer
daar enige bewondering van Bremer
voor Breet tussen de regels door te
lezen is. Over 'bijna hagiografisch'
gesproken
Tweede punt van kritiek: op pagina
6 beklaagt de auteur zich over 'mo
derne', protserige grafstenen. Is het
nu echt onmogelijk om het plaatsen
van dit soort stenen op de oude graf
velden te verhinderen, vraagt Bremer
zich af. Tja, er mogen hedendaagse
graven zijn die getuigen van een min
der verfijnde smaak, maar het gaat
niet aan om hier een stop te bepleiten.
Want wat is modern? Wat is protse
rig? Wie weet kwalificeren toekom
stige historici dit soort graven wel als
voorbeeldige uitingen van eigentijdse
grafkunst. En - tot slot en besluit
- Gods dodenakker is toch zeker ook
een plaats waar duizend bloemen
mogen bloeien?
Ruud Claessen
J.T. Bremer en L.R. Deugd. Bijzondere
mensen, bijzondere zerken. Deel 20 in
de Helderse Historische Reeks, Den
Helder september 2006,
ISBN 90 6455 518 4.
Een oude Jutter dwaalt door Den Helder
Geschreven en getekend door Kees
Doolaard
Vormgeving en druk: Drukkerij
ROWA Breezand
Het boek is voor 20,00 verkrijgbaar
bij de Bruna-vestigingen in Den Hel
der en bij Kees Doolaard kunsthandel,
Middenweg 9/B Anna Paulowna.
De artistieke kant van Kees Doolaard
is een begrip in Den Helder. Naast
schilder is hij beeldhouwer. Er staan
bekende bronzen op zijn naam, zoals
'Het Dirigentje' in de Schouwburg
van Den Helder en 'De Jutter' in het
centrum van de stad. Maar nu is hij
ook auteur. In zijn recent uitgegeven
boek beschrijft hij Den Helder op een
bijzondere wijze en met veel liefde
182
Rens Schendelaar
voor de stad. De lezer wordt eerst
verrast door de serie gekleurde schet
sen van de schrijver. Het zijn allemaal
Helderse plekjes met als beschrijving
een bijpassend gedicht. In het tweede
gedeelte beschrijft Kees Doolaard zijn
Helderse herinneringen die begin
nen in een sfeervol Nieuwediep van
zo'n 55 jaar geleden. De kunstenaar
verhaalt verder uitgebreid over zijn
vele activiteiten, waaronder de Noor
derkunstkring en het Kunst en Evene
menten Schip. Een aanrader.