Een halve eeuw Hr. Ms. Gelderland
55
Het pantserdekschip Hr. Ms. Gelderland, waarvan de kiel in 1897 was
gelegd bij de werf Feijenoord, werd op 12 februari 1900 in dienst
gesteld. Ruim een half jaar later, op 22 augustus, vertrok ze vanuit Vliss-
ingen naar Nederlands Oost-lndië.
Bij aankomst in Perim, een klein eiland onder Brits bestuur in de straat
van Bab el Mandeb nabij Aden, kreeg de Gelderland opdracht om naar
Lorenzo-Marques aan de Delagoabaai in Mozambique op te stomen om
de Zuid-Afrikaanse president Paul Kruger naar Europa te brengen. Kru-
ger was gevlucht in de Engelse oorlog tegen de Transvaalse boeren. Het
pantserdekschip arriveerde op 22 november met Paul Kruger aan boord
in Marseille en vertrok daarna alsnog naar Nederlands Oost-lndië. Daar
moest het pantserdekschip Hr. Ms. Holland worden vervangen.
In het Suezkanaal ging het mis. De Gelderland werd aan bakboord aan
gevaren door een Engelse kolenboot, Peterston genaamd. Er ontstond
averij. Het voorste 12-centimeter kanon raakte ontzet en er ontstond
een vrij groot gat in de scheepshuid, zodat het voorste kolenruim tot
aan de waterlijn volliep. In Suez werd de schade gerepareerd.
Lang wachten
Voor de familie van de opvarenden
was het lang wachten. Want pas vijf
jaar na vertrek, op 30 augustus
1905, kwam het pantserdekschip
vanuit Indië terug in Den Helder.
Het jaar erop werden er nieuwe
stoomketels geplaatst en op 20
maart 1907 vertrok het schip naar
Curaqao, waar vandaan ze opstoom-
de naar Hampton Roads in de Ver
enigde Staten voor de nationale
herdenkingsfeesten. De Gelderland
Hr. Ms. Gelderland
maakte nog diverse reizen naar Ve
nezuela, Trinidad en Suriname om
op 14 mei 1908 wederom af te me
ren in Nieuwediep.
Drie jaar later werd het pantserdek
schip aangewezen voor de opleidin
gen van adelborsten en matrozen.
Dat zou minder saai zijn dan het
lijkt. In juli van dat jaar ging de
Gelderland, met prins Hendrik aan
boord, naar het Engelse Sheerness
om de kroningsplechtigheden van
de Engelse koning en koningin
luister bij te zetten.
Tijdens een oefenreis in de Middel
landse Zee, in oktober 1912, brak
de Balkanoorlog uit. Het schip
werd met spoed van Port Mahon
naar Constantinopel gedirigeerd,
het huidige Instanbul. Met dit vlag
vertoon wilde Nederland aangeven
dat zij de belangen van de daar ver
toevende ingezetenen behartigde.
We slaan weer drie jaar over en ko
men uit in 1915. De Gelderland
werd drie maanden opgelegd voor
herstelwerk aan dekken, hutten,
verblijven en stoomketels. Ook de
bewapening wijzigde zich, evenals
de munitieliften. De munitieberg
plaatsen werden vertimmerd en er
kwamen zogeheten salvoschillen
ten dienste van de vuurleiding. Ook
in 1917 werd het schip voor het nor
male onderhoudswerk op de Rijks
werf gedokt. Er werd in vier maan
den tijd voor 75.440 gulden aan de
Gelderland verspijkerd.
Mobilisatie
Ten tijde van de mobilisatie (1914-
1918) verrichte het pantserdekschip
kruiserdiensten langs de Neder
landse kust. Op 14 maart 1917 sloeg
het noodlot toe. Het logboek ver
meldt om 9.55 uur een ketelont
ploffing. Ketel twee kantelde, één
stoker was op slag dood, vier ande
ren raakten zwaar gewond. Tot op
25 meter afstand werden man
schappen uit hun kooien geslin
gerd. Zwaar gehavend keerde de
Gelderland terug naar Den Helder
voor reparatie op de Rijkswerf. Per
soneel van de werf Feijenoord
kwam erbij om te helpen. De kos
ten van het herstel van de ketel
kwamen op dat moment uit op
38.240 gulden.