(tffftftH
Pantserschip Konin
gin Regentes
Verdient hij in januari 1904 nog 25
gulden per maand, een maand later
is dat al 38 gulden en drie jaar later
als stokerolieman 42 gulden, plus
diverse toeslagen per dag. In 1913
stapt hij als korporaal-machinedrij
ver aan boord van de Van Heems
kerk. Hij maakt aardige reizen
mee, zoals in 1917 met Hr. Ms.
Zeeland naar de West en Neder
lands Oost-Indië.
Op 13 september 1922 slaat even
wel het noodlot toe. Jan Roos is ge
plaatst aan boord van de Gelder
land, die sinds 1920 dienst doet als
artillerie-instructieschip. Twee dik
ke opvarenden zijn bij de stoomke
tels aan het werk. Zij kunnen door
hun postuur niet tussen de ketels
komen om schoon te maken en vra
gen Jan of hij dat wil doen. Omdat
hij een buitengewoon aardig man
is, is hij daartoe bereid. Maar op het
moment dat hij tussen de ketels en
stoomleidingen werkt, springt vol
gens de officiële ongevallenmel
ding een stoomleiding in de machi
nekamer. Hij krijgt hete stoom over
zich heen en wordt met derde
graads brandwonden naar het Ma
rine Hospitaal op de buitenhaven
vervoerd. Daar overlijdt hij vijf da
gen later, op 18 september 1922.
Op zijn persoonsdossier staat nog
als laatste vermeld: De Kooy, 30
september 1922.
Van zijn collega's krijgt hij een ge
denkplaat op zijn graf. Dat graf
wordt later een familiegraf. Ook
zijn vrouw en twee dochters zijn er
begraven.
Het is spijtig dat ik mijn grootvader
nooit heb gekend. Daarom heb ik
nu, ruim 77 jaar later, zijn geschie
denis opgetekend, met gebruikma
king van onder meer het archief
van beheerder Maarten Bakker op
de Oude Rijkswerf Willemsoord.
Die heeft de persoonsboeken van
de marine destijds gered van de
verbrandingsoven.
JAN SMIT
in 27- 4-192C tot 16- 2-1922
A.v.d.SluisCl.00616- 2-1922 tot 15- 7-1924
Ij- 9-1922 otoomleiaing gesprongen
Gewond korp.machinedrijver J.Roos
overllb-9-1922)
H.J. Hart kamp (1.16 9) in 8- 1-1925 tot l-li-192r'
70