44
De Spoorstraat van toen
We hadden een Spoorstraat, heel lang al geleden.
Door jong en door oud werd hij gaarne betreden.
's Avonds waren de winkels verlicht
en gingen pas om acht uur pas dicht.
Bij 't uitgaan van de bioscopen
werd nog even door de Spoorstraat gelopen.
We hadden een Spoorstraat in het hart van de stad,
een rijkdom die men toen nog bezat.
Velen hebben hun vriend daar gevonden,
met wie ze nadien in de echt zijn verbonden.
Dit was de plaats om elkaar te ontmoeten,
en waar de matrozen hun meerderen groetten.
We hadden een Spoorstraat, waarin Albert Heijn,
De Gruyter en Zijlstra zo groot mochten zijn.
En Simon de Wit met zijn heel lage prijzen
was de goedkoopste, dat kon hij bewijzen.
Voor schoenen moest men bij Paanakker zijn;
variatie, niet duur, voor groot en voor klein.
We hadden een Spoorstraat, waarin hotel Bellevue
niet was voor ons, maar voor de betere U.
De lunchroom van Bram Lensen, een rustige sfeer,
dat is voorbij. Bram is er niet meer.
Troost, Van der Maden met speciale wensen
voor burgers en Marinemensen.
We hadden een Spoorstraat, met V en D op de hoek.
Klanten brachten er vaak een bezoek.
Dan was er Klercq, die had meubels te koop.
We werden verblijd met een pracht bioscoop.
Helaas mocht dat niet al te lang duren,
want Rialto werd geveld door oorlogsvuren.
We hadden een Spoorstraat met een eigen bestaan.
Voor vis gingen we naar Bijl of naar Kraan.
De Ridder Meijer had zalf voor de pijn.
Ijslolly's waren van Laan zo fijn.
Bij De Graauw werd alles voor feesten gekocht.
Voor dranken werd Van der Lee bezocht.
We hadden een Spoorstraat met allerlei zaken,
waar we heel mstig een keus konden maken.
Zo heerlijk van smaak en niet te vervangen
waren de koeken van bakker De Lange.
Gebak van Verfaille of Bos was te roemen,
Verder ga ik geen namen meer noemen.
We hadden een Spoorstraat, die bruiste van leven.
Dat mooie was ons toch maar gegeven.
Vooral met de feesten: een oranjefestijn,
met lichtjes, versiering en sfeer mocht er zijn.
Al dat moois mochten wij toch ervaren
in de tijd van de donkere crisisjaren.
MAARTJE WIJKER