'Aelbrecht etc. doen cont allen lieden, want onse goede liede van Grafte ende van Schermer groot gebrec hebben eenre wintmolen, so hebben wij van ons ende van onse nacomelingen geoirlooft ende geconsenteert, oirloven ende consenteren mit desen brief Claes Willemszn ende synen nacomelingen een molen te setten in wat stede dat hem ghenoeghen sal binnen den bannen van Graft ende van Schermer ende gheven hem den wint ende die gryut dair of mit desen brief besegeit mit ons segele gegeven inden hage op onse vrouwe avontpurificatis Anno xcv na den lope van onsen hove.' Men zat op het Schermereiland blijkbaar dringend verlegen om een windmolen. Maar wat was de functie van die molen? In de uitdrukking'den wint ende die gryut dair of' lezen wij 'gryut' (gruit) maar we kunnen een andere lezing (en betekenis) -'grynt' (grint)- niet uitsluiten. Dit houdt in dat Claes Willemszn voor zijn molen niet alleen het recht op de wind kreeg maar ook het recht om gruit aan brouwers te leveren of om koren te malen. Gruit heeft in de loop der eeuwen verschillende betekenissen gehad maar betekende toen waarschijnlijk grof gemalen mout als grondstof voor de bierbrouwerij. Het ging dus om een wind molen waarmee mout en misschien koren gemalen mocht worden. Over de persoon Claes Willemszn konden we tot op heden alleen achterhalen dat hij in 1394 pachter was van de biertollen en het zwaansrecht in Graft. We weten niet zeker of Claes zijn wind molen ook daadwerkelijk gebouwd heeft, maar dat lijkt wel waarschijnlijk gezien het 'groot gebrec' aan deze molen. Helaas zijn ons geen andere vermeldingen van deze mysterieuze molen bekend. De windmolen van Claes Willemszn moet de tweede van het Schermereiland zijn geweest, naast de korenmolen van Zuidschermer en niet in de plaats van de in 1344 genoemde koren molen. Was er een extra mout- of korenmolen no dig door een toename van de bevolking van het Schermereiland? We weten vrij wel niets over de bevolkingsomvang in de veertiende eeuw. De toenemende vernat- ting van de veengronden in die tijd zal het wonen op het eiland mogelijk minder aan trekkelijk hebben gemaakt. Door de ver- natting verschoof het accent er in die eeuw van akkerbouw naar veeteelt. Daar staat tegenover dat het oostelijk deel van het eiland in de eerste helft van de veertien de eeuw was voorzien van een ringdijk (de vroegste schriftelijke vermelding van deze dijk stamt uit 1346), die het wonen veiliger en dus aantrekkelijker had gemaakt. Het netto effect op de bevolkingsomvang van deze twee tegengesteld werkende facto ren is onbekend. Er blijven bij de molen van Claes Wil lemszn allerlei vragen over. Als het alleen om een mout- of graanmolen ging, dan zou een plaats in of vlakbij het dorp Graft voor de hand hebben gelegen. Zuidscher mer had immers al een (koren)molen en nu was Graft aan de beurt. De molen werd door een particulier gebouwd in een tijd dat andere molens in de omgeving eigen dom van dorp en kerk waren. Dat en het feit dat de graaf ook het bepalen van de plaats geheel aan die particulier overliet en de besturen van de bannen er buiten 115

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Kroniek : Graft-de Rijp en Schermer | 2012 | | pagina 19