Het aandeel van De Rijp in het totaal aantal
schepen voor Holland en andere provin
ciën was bescheiden; slechts 1,8%.
Vangsten
Groenlandsche visserij
In de i8e eeuw hebben Rijper rederijen
bijna 3000 walvissen nabij Spitsbergen
gevangen. Om precies te zijn 2926. Dat
is gemiddeld 3,7 walvissen per schip. De
vangsten waren echter zeer wisselend.
Commandeur Pieter Willemsz. van de Hel
der voer tussen 1700 en 1717 18 keer voor
reder Zeeger Vettes uit De Rijp naar Groen
land. In totaal ving hij 170 walvissen. Ge
middeld dus ruim 9 vissen per reis. Daar
mee stak hij behoorlijk boven de rest uit. In
1714 ving hij zelfs 25 walvissen. Ongetwij
feld moest toen zelfs in de sloepen het spek
opgeslagen worden. In 1705 en 1711 had hij
al 19 walvissen gevangen.Toch kwam hij in
3 reizen zonder vangst terug. Opmerkelijke
vangsten waren commandeur Arent Klaas-
zoon voor rederij Adriaan de Lange uit De
Rijp in 1715 20 walvissen en commandeur
Abraham Walig voor rederij Vroon en Bek
uit De Rijp in 1789 eveneens 20 walvissen.
Deze laatste vangst mag wel een toppres
tatie worden genoemd. Het gemiddelde
vangstresultaat was dat jaar 3 walvissen
per schip. Van de 790 schepen die in de
18e eeuw voor De Rijp zijn uitgevaren is
het 138 keer (17,5%) voorgekomen dat men
geen walvis heeft gevangen. Uitzonderlijk
slechte jaren waren 1710,17 schepen en in
totaal 3 walvissen gevangenen en 1730, 9
schepen met een totale vangst van 3 wal
vissen. Een topjaar was 1714:11 schepen en
132 walvissen. Een gemiddelde dus van 12
walvissen per schip. Als je dat jaar zoals
commandeur Meyndert Knol deed voor
rederij Jan Klaasz. Kee uit De Rijp slechts
4 walvissen scoorde, dan had je het niet
goed gedaan.
Het aandeel van de Rijper reders in het to
tale vangstresultaat bedroeg 7,5%- Het aan
deel in de schepen was 7,3%- De conclusie
is dan ook dat de Rijper reders het net iets
beter deden dan hun concurrenten.
Bord Walvisvaart nr. io
121