Panorama Mesdag Hendrik Willem Mesdag zette op zijn enorme doek geen handtekening. Nee, hij schilderde zijn vrouw Sientje op het doek, onder een witte parasol voor haar schil dersezel. Het cilindervormige schilderij is 14 meter hoog en heeft een omtrek van 120 meter en werd in 1881 geschilderd door Mesdag. Zijn vrouw Sientje Mesdag- van Houten en de kunstschilders Théophile de Bock, George Hendrik Breitner en Bernard Blommers leverden een aanzienlijke bij drage. Het kostte Mesdag en zijn assisten ten na de voorbereidingen nog vier maan den om het vergezicht op de Noordzee, de duinen, Den Haag en Scheveningen te schilderen. Bij de opening was onder meer Vincent van Gogh aanwezig, die opmerkte: 'het enige dat aan dit schilderij mankeert is dat er niets aan mankeert'. Per bus ging het vervolgens naar herberg 't Goude Hooft, waar de lunch werd genoten. Daarna werd er gelopen naar 'Escher in Het Paleis'. Escher in Het Paleis Sinds 2002 is het museum in dit ruim twee honderd jaar oud paleis gevestigd. Ko ningin Emma woonde tot haar overlijden in 1934 's winters in het paleis en tot 1990 hebben de vorstinnen gebruik gemaakt van dit monumentale pand. De schitteren de kroonluchters zijn voor de voormalige koninklijke vertrekken ontworpen door de Rotterdamse kunstenaar Hans van Ben- tem. Escher leefde van 1898 tot 1972. In 1922 ver liet hij de school voor Bouwkunde en Sie rende Kunsten in Haarlem, waar hij les had gehad van S. Jessurun de Mesquita. Van hem heeft Escher de liefde voor 'het langse hout' overgenomen, een materiaal dat hij zeven jaar lang gebruikte bij het maken van houtsneden. Van 1922 tot onge veer 1935 maakte Escher zo'n 70 houtsne den en houtgravures en een 40-tal litho's. De ideeën die aan zijn afbeeldingen te grondslag liggen getuigen, zoals hij het zelfformuleert, vaakvan zijn verwondering over en zijn bewondering voor wetmatig heden in de ruimte om ons heen.'Wie zich verwondert geeft zich rekenschap van een wonder. Door zintuiglijk open te staan voor de raadsels die ons omringen en door mijn gewaarwordingen te overdenken en te analyseren, kom ik in de buurt van het domein van de wiskunde. Hoewel exact- wetenschappelijke training en kennis mij ten ene male ontbreekt, voel ik mij dikwijls meer met mathematici verwant dan met mijn eigen beroepsgenoten'. 215

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Kroniek : Graft-de Rijp en Schermer | 2010 | | pagina 41