1
NIEUWE BOEKEN
Nieuw boek in de museumbibliotheek:
Diederik Aten, Marijke Joustra en
Han van Zwet.
Leeghwater en het Haarlemmermeer;
26e uitgave van de Vrienden van de Honds-
bossche, kring voor Noord-Hollandse
waterstaatsgeschiedenis. Hoogheem
raadschap Hollands Noorderkwartier,
2009. ISSN 1572-3135
Een mooie aanwinst voor onze biblio
theek.
In ons museum zit Leegh
water met zijn rug naar de
bezoekers toe te schrijven
aan een bestek of mis
schien wel aan zijn plan de
Haarlemmermeer droog
te malen. Daarmee blijft
Leeghwater niet meer dan
een historisch silhouet. Hoe
verschillend is dit silhouet
in de loop der eeuwen in
gevuld. In onze tijd is hij
sterk gerelativeerd tot niet meer dan een
bekwaam ambachtsman, maar honderd
jaar eerder werden nog standbeelden voor
dit genie opgericht en kon hij vanaf zijn
sokkel toezien hoe meer dan twintig ge
meentes straten naar hem vernoemden.
We weten heel weinig over Leeghwater.
Of Leeghwater een begenadigd molen
bouwer was of een visionair projectont
wikkelaar of alleen maar een doopsgezin
de praatjesmaker uit De Rijp, daarover is
geen eenduidige uitspraak te doen.
We hebben van Leeghwater echter zijn
Haarlemmermeer boek. Dit boek over
de mogelijke drooglegging van de Haar
lemmermeer is opnieuw uitgegeven in
modern Nederlands. De vlot geschreven
hertaling is van Marijke Joustra. Het is
daarmee eigenlijk de i4e druk. De aante
keningen bij deze editie van Diederik van
Aten zijn waardevol en open minded, juist
ook omdat hij af en toe schrijft: 'Het is niet
duidelijk wat er in deze passage bedoeld
wordt'.
De eerste druk verscheen in 1641. Dat
zelfde jaar nog verscheen een tweede
druk. Het jaar daarop de derde druk. Bin
nen het jaar volgde de vierde druk. De
vijfde druk verscheen daarentegen pas elf
jaar later in het Rijper rampjaar 1654, vier
jaar na Leeghwater's overlijden.
Hoe het zij, het Haarlemmermeerboek
werd kennelijk gretig verkocht. Leeghwa
ter breidde het steeds een beetje uit. Hij
kreeg kennelijk de smaak te pakken en
waagde zich acht jaar later aan een ge
schiedenis van Graft en De Rijp. Dit kleine
'chronyke' werd in latere drukken aan het
Haarlemmermeerboek toegevoegd.
Hoe je ook over Leeghwater denkt, ken
nelijk werd hij door tijdgenoten serieus
genoeg genomen. In 1642 verscheen er
zelfs een tegenschrift van de Leidse land
meter Colevelt. Daarin somt deze een aan
tal bezwaren op, die op zijn beurt door
Leeghwater badinerend als 'gezeur' wor
den afgedaan. Daarin is Leeghwater be
hoorlijk persoonlijk. Colevelt is dat niet en
als Leeghwater zo'n praatjesmaker en op
schepper was geweest, dan had Colevelt
hem daar wel op kunnen aanspreken.
Leeghwater geeft in zijn boek aan dat
hij met de groten van zijn tijd verkeert, al
thans dat hij uitdrukkelijk hun adviseur is.
Zo beschrijft hij een gevaarlijke tocht op
het meer nadat hij met zijn zoon in Den
Haag was geweest om het een en ander
met stadhouder Frederik Hendrik te be-
56
Leeghwater en het
I laarlemmermeer