samen met ons er zo goed mogelijk voor haar te zijn. Toen de ziekte verergerde
en ze bedlegerig werd, zorgden de jongens voor een draad onder de weg naar ons
huis, waarop zij door op de alarmknop naast haar bed te drukken dag en nacht
een beroep op ons kon doen. De gemeente was in dat jaar, 1969, al bezig met
de riolering van de Benedenweg, wat het aanleggen van de draad onder de weg
door wel makkelijker maakte. Mantelzorg was toen heel vanzelfsprekend. Toen
ze gestorven was, konden de dragers de kist nog net langs de open weg naar de
lijkwagen en de aula brengen.
In de zeventiger jaren werd de binnenkant van het huis volledig gestript en opnieuw
ingedeeld, zo kreeg het huis een totaal ander aanzien, ruime slaapkamers, een
grote kamer/keuken, een bijkeuken, en een douche. Kortom; een fijn huis om in
te wonen. In juli 1972 werd Charlotte geboren, op een zondag, voor ons met recht
een zondagskind, ons gezin was compleet. De grotere broer en zussen naar school,
wij hadden daardoor alle tijd om van elkaar te genieten, mooi weer, lekker buiten
zitten/liggen.
uan
'beerden