Hij vertelde dat zijn stiefvader vroeger over natuurlijk gezag beschikte, slaan deed hij nooit. Lou Tromp hoefde hem alleen maar aan te kijken, bij de mouw te pakken en 'Jan' te zeggen. Dan hield hij al op als hij ondeugend was. Hij had nooit de minste behoefte om op zoek te gaan naar zijn 'echte' vader. Moeder Martha claimde haar enige zoon nogal, daarom vond hij het helemaal niet erg dat hij moest opkomen bij de Nederlandse Arbeidsdienst toen hij zeventien jaar was, de hele jaarlichting 1925 moest er trouwens aan geloven. werd zijn wereld snel kleiner. Hij hield alleen nog contact met een paar familie leden van zijn vrouw en zijn Apeldoornse vrienden. In 2008 vond zijn buurman hem een keer onderaan de trap: een herseninfarct. Enkele malen moest hij opgenomen worden in het ziekenhuis en daar bekende hij eens: 'Soms vraag ik onze lieve Heer om niet weer wakker te hoeven worden.' Zelfstandig wonen ging niet meer. Zijn vrienden vonden in Villa Marianna in de Apeldoornse Parkenbuurt een nieuw onderkomen voor hem. Wonder boven wonder leefde hij op, nu hij wist dat er voortdurend mensen om hem heen waren op wie hij terug kon vallen. De eerst zo dominante man, de controlfreak, werd milder. Zijn ex-buur- vrouw Willy Smit-Buit zocht hem wekelijks op in Villa Marianna. Ze besprak de po litiek met hem, bekeek samen met hem de halfvergeten boekjes, verlucht met prachtige tekeningen, over zijn belevenis sen in zijn jonge jaren. Oostdijk had ze destijds keurig ingebonden, geleerd van zijn oom Klaas Barten. Maart 1922, Klaas Barten in 'zijn hoekje' Zomer 1926, Jan 15 maanden Zomer 1936

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Klin - Sint Pancras | 2012 | | pagina 99