Mijn moeder (Reinuwtje Jongert, geboren 1897) droeg vaak een rok met een trui - een lange rok - later korter of een jurk met een lang bovenlijf. Over de jurk een schort met banden (jasschorten kwamen er pas omstreeks 1965) plus zwarte eigen-gebreide kousen. Dat had verder niemand. Op zondag droeg ze 'fil de cosse' - dat waren dikke kousen die je kon stoppen. Sokken werden in de winter gestopt en in het voorjaar aangebreid. Mijn oma lm en mijn moeder gingen om het hardst. Mijn moeder breide en haakte ook kleedjes en borduurde kussens. Naschrift: Ik hoop dat er nog meer kleine schriftjes in een kast liggen en de lezer(es) van het hier voorgaande net dat zetje krijgt het uit te werken. Zolang tijd hebben wij niet meer om de jaren twintig/dertig met een 'levendig' verslag voor ons nageslacht uit te beelden. Herinneringen van 'de kopjes boven het maaiveld' zijn er genoeg, maar van de 'gewone man Nelly Reina Schoenmaker - Kout 73

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Klin - Sint Pancras | 2011 | | pagina 75