ze: 'Ik heb een verassing voor je, kijk maar bij je vogels'. Wit van schrik kwam hij weer binnen;
alle kanaries opgevreten, de prachtige vogel was een Vlaamse Gaai.
Pa kreeg op zijn 51e een motorongeluk op de Westerweg in Heerhugowaard, alles was stuk en
het is helaas nooit meer goed gekomen. Zijn droom om samen met Wim iets op te zetten kon
niet meer verwezenlijkt worden. Na een aantal jaren kreeg hij een invalidenkar die het eerste
halfjaar in de schuur stond; hij wilde er beslist niet in, totdat hij op een dag vroeg om hem te
pakken. Hij reed ermee weg en was over zijn trots heen.
Tussen opa's knieën zitten en gebakjes halen werd voor de
kleinkinderen een feest. Pa, die nog nooit een boodschap
had gedaan, reed naar de bakker en de slager en builen
werd dan de bestelling opgenomen en afgeleverd. Ook met
de kar naar Willem Pool, de kapper. Dat was een uitje wat
zomaar een paar uur kon duren. Als kind gingen we daar
allemaal heen; iedereen hetzelfde kapsel en niet met je
schoenen tegen de bank schoppen. Ieder kind kreeg een
kauwgombal in de kleur van z'n voetbalclub: Kolping Boys
zwart/wit en Vrone groen/zwart. Achter het huis had Pa een
speeltuintje gemaakt. Een draaimolen van een oude centri
fuge. een hele grote schommel waar je wel met 5 kinderen
tegelijk op kon, een zandbak en een wip, alles wat ons hartje
begeerde. Alle buurkinderen waren er altijd.
Dirk en Trien van Veen waren een pracht stel ouders. Er was veel warmte in het gezin. Moes
hield erg van lezen en we kregen met Sinterklaas altijd wel een boek. Ze had ook een heel
archief van alles wat er in Sint Pancras en omstreken gebeurde. Plakboeken vol met kranten
knipsels en foto's over dorpelingen maar ook mensen uit Alkmaar. Ook Gerard Kamper heeft
vorig jaar 'zijn' plakboek gekregen, zijn hele loopbaan staat er in. Zijn zoon zei lachend dat hij
nog nooit zoveel informatie over zijn vader had gezien. Pa overleed in 1979, 69 jaar oud. Hij
zou de klokken nog op wintertijd zetten maar Moes zei dat dat morgen ook nog wel kon. Hij
is echter niet meer wakker geworden, wat een drama.
Moes verkocht ons huis in 1990 aan Willem en verhuisde naar de Mezenstraat waar ze ook
heel wat heeft meegemaakt; Sjanet werd ziek en overleed, later gebeurde dat ook met haar
oudste zoon Willem. Ook Nel, de vrouw van Loet, en Eg, de man van, Ank overleden veel te
jong. Een paar jaar geleden ook Vera haar man Jan. Maar samen met haar kinderen en klein
kinderen heeft ze zich er doorheen geslagen. Ze ging bijna nooit naar de kerk maar bad iedere
dag de rozenkrans, voor iedereen.
Moes had interesse in een ieder, zo belde ze bijvoorbeeld Marco, haar oudste kleinzoon, op
zaterdag om te vragen hoe het met de klandizie in zijn viswinkel was gegaan. Alle kinderen en
kleinkinderen waren dag en nacht welkom.