bruikte de wol voor haar nest. De reden dat zij steeds zachter materiaal gebruiken komt door de zogenaamde broedvlek. Als het nest bijna klaar is, vallen beetje bij beetje de buikveren uit en wordt het vrouwtje kieskeuriger voor het nestmateriaal, want zo'n kale buik is heel gevoelig en ook geeft de broedvlek voldoende warmte af om de eieren te bebroeden. Als het nest klaar is en ook het voorjaar is aangebroken, legt het vrouwtje de eitjes, die zij alleen bebroedt, het mannetje houdt contact met haar, door haar voer te brengen. Iedere 2 uur gaat ze zo'n 5 lot 10 minuten naar builen om wat te eten, nooit langer want dan koelen de eieren te veel af. Daarna keert ze alle eieren, dit doet ze ongeveer elke 20 minuten. Zijn de eieren uitgekomen dan krijgen de ouders het heel druk, Zo'n 600- 1000 rupsen per dag hebben de kleintjes nodig om groot te worden. Per nest ongeveer 15.000 rupsen. De mezen ruimen dus heel wat op in onze tuinen. Na ongeveer 3 weken vliegen de jonge vogels uit en hopen wij dat we volgend voorjaar weer van ze mogen genieten. Merel (Tarclus merula) De merelman met zijn zwarte pak en zijn gele snavel en oogrand is een van onze populairste tuinvogels, de vrouwtjes en de jonge vogels zijn bruin met lichte vlekjes. De merel is een van de eerste vogels die in het voorjaar zingt; zijn neef de zanglijster is altijd de eerste; onze merels zingen al voor zonsopgang; ook 's avonds kan men ze vaak horen. Over de hele wereld komen ongeveer 310 soorten lijsterachtigen voor, alleen in Nieuw-Zeeland ontbreken zij. De lijs terachtigen leven in hoofdzaak van bessen, insecten, wormen en vruchten, in de winter kan men de me rels voeren met universeel voer, wel graag op de grond strooien. De nesten van de merels kan men overal aantreffen, maar hun voorkeur gaat uit naar klimplanten, heggen, ook conifeer hagen, struiken en heesters. Mijnheer merel helpt zijn vrouw wel met het kiezen van de nestplaats, voor de rest vindt hij het vrou wenwerk. Zij bouwt dus het nest in 2-5 dagen. Het is een stevig bouwsel van dunne takjes, mos, dor blad, dat wordt verstevigd met een laag modder. Doorgaans worden er 4-5 eieren gelegd in een mooie blauw groene uitvoering. I let vrouwtje broedt ongeveer 2 weken; sporadisch wordt zij door het mannetje afgelost. Wel helpt hij met het voederen van de jongen, die na 2 weken het nest verlaten. Maar zij kunnen dan nog niet goed vliegen, vaak zijn zij dus voor de poes. 106

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Klin - Sint Pancras | 2010 | | pagina 108