Het nieuwe college van B. en W. van
Sint Pancras op I oktober 1972.
Van links naar rechts Wethouder A. Brandsma,
Burgemeester C. K Kroonenburg
en Wethouder P. Bakker
Burgemeester Landman bedankte ieder lid van de raad met een persoonlijk woord. Speciale
aandacht besteedde hij aan de gemeentesecretaris de heer W. Jonker Hij roemde het feit dal de
heer Jonker de raadsstukken en daaraan verbonden pre-adviezen steeds zo wist te redigeren
dat ieder lid van de raad moeiteloos begreep hetgeen het college wilde. In de achter hem
liggende vijftien jaren was er tussen de secretaris en hem nooit van een conflict sprake geweest
maar was er wel een grenzenloos wederzijds vertrouwen ontstaan
Geboorte-wee-ën
Op 1 oktober 1972, de eerste dag van haar bestaan, kwam de gemeenteraad van de nieuwe
gemeente Sint Pancras voor de eerste maal bij elkaar. De nieuwe raadsleden moesten worden
beëdigd. Dit moest de Burgemeester doen, maar deze moest nog geïnstalleerd worden. Geen
Burgemeester betekende ook geen voorzitter.
De Alkmaarse courant vertelde dat dit probleem als volgt werd opgelost; 'Op voorstel van
de heer A Brandsma gingen de raadsleden ermee akkoord dat de heer P. Bakker als oudste
raadslid Burgemeester C. Kroonenburg zou gaan installeren. Nadat dit was geschied sprak
deze zijn dank uit aan allen die zo eensgezind hun vertrouwen in hem hadden gesteld (in
de 'Burgemeesterloze periode van de pas geboren gemeente was er gelegenheid geweest om
te solliciteren naar het Burgemeesterschap van de nieuwe gemeente Sint Pancras en had de
Commissaris van de Koningin gepolst wie men hier graag als Burgemeester zou zien).
Nadat de Burgemeester was geïnstalleerd ging deze over tot het beëdigen van de leden van de
nieuwe gemeenteraad. De gekozen heren en dames beloofden of zwoeren met een eed dat zij
hun krachten zouden geven om het welzijn van de inwoners van Sint Pancras te bevorderen.
Het volgende agendapunt luidde: 'wethoudersverkiezing'. Toen kwamen de tongen los. De heer
J. van Horick betreurde het dat zijn nieuwe partij, Vrij Sint Pancras' buiten spel was gezet.
'Niemand wou met me praten. Het leek wel of ik de pest had!'
De heer Vroegop opende een aanval op de heer P. Bakker omdat deze had gezegd dat Vroegop
niet geschikt was voor wethouder. Deze laatste zei dat hij de heer Vroegop niet wilde beledigen
maar hem niet prefereerde als wethouder. De overige partijen meldden dat zij de voorkeur
gaven aan de heren A Brandsma en P. Bakker.
49
