tribune goed bezet en bevonden zich ook enkele sollicitanten onder hen. Hun geduld werd die
avond opnieuw op proef gesteld: de agenda voor de vergadering was goed gevuld. (De notulen
van deze avond staan op twintig vol getypte A-4 bladen.)
Het was de eerste vergadering in een nieuw jaar en dit betekende dat de Burgemeester een
Nieuwjaarsrede moest houden. Hij herinnerde er aan dat in het voorbije jaar de vroegere
secretaris-ontvanger, nadat deze 40 jaar getrouw zijn dienst in Koedijk had vervuld kortelings
afscheid had genomen. Ook was er in het voorbije jaar een nieuw Streekplan uitgekomen en
dit plan kon wel eens ver strekkende gevolgen voor Koedijk hebben... Hij vertelde dat 1960 erg
nat was geweest, de oogst van de tuinders groot was, hetgeen echter lage prijzen betekende,
enz. enz.
De raad moest een nieuwe vertegenwoordiger aanwijzen voor het bestuur van het bejaarden
huis Zonnehof. Een zittende regent moest periodiek aftreden maar was wel herkiesbaar.
De raadsleden uit het Zuideinde betreurden het dat de heer Smit niet bij hen woonde want
dan was deze veel beter op de hoogte omtrent hetgeen er bij hun mensen leefde. Dit werd
door de kanaalbewoners bestreden maar resulteerde uiteindelijk niet in een herbenoeming
van de heer Smit, deze werd vervangen door de Zuidender Henk Brammer.
(Het is goed om te bedenken dat toen de meeste inwoners van de gemeente Koedijk aan de
Kanaaldijk woonden. Maar dat er ook een aantal Koedijkers woonden in het aan Sint Pan-
cras grenzende Zuideinde. Daartoe behoorden gedeelten van de Bovenweg Benedenweg
Achterweg vanaf het Vrone-terrein tot bijna aan de spoorlijn. De bewoners van het Zuideinde
voelden zich vaak tussen wal en schip: ze woonden bijna in Sint Pancras maar behoorden
niet tot St Pancras. Hun gemeentehuis, openbare school, bejaardenhuis en de dokter waren
gevestigd aan de Kanaaldijk).
Vervolgens kwam de gemeentebegroting 1961 in behandeling. De gelegenheid waarbij de le
den van de raad konden laten zien waarin een kleine raad groot kon zijn. Elk raadslid, (op
de wethouders na) voerde het woord en legde zijn wensen op tafel over de straatverlichting,
brandweer, rioleringsplannen, uitbreidingsplan, een behoorlijk verzor-gingspeil van de burgers,
oefende men kritiek uit op het slechte wegenonderhoud, de wachthuisjes van de Naco-bus,
klaagde dat elke vorm van progressief beleid van dit college ontbrak, het waterballet op de
Benedenweg, enz. enz. Wanneer de raadsleden zich zo uitsloven kunnen de Burgemeester en
zijn wethouders hierbij niet achterblijven. Zodra ze daarvoor de kans kregen gingen ze wijd
en breed vertellen dat hun wensen nog verder gingen dan die van de raadsleden en dat de
geuite kritiek niet op zijn plaats was, of dat er reeds stappen waren gedaan om de gebreken
te ondervangen.
Vermoedelijk was het omstreeks het middernachtelijk uur dat de Burgemeester het agenda
punt van de voorziening in de vacature van secretaris-penningmeester aankondigde.
46
