Van Kampen: Er is één middeldeze verordening niet goedkeuren
Voorzitter: Als we artikel 4 niet goedkeuren, vervalt de gehele verordening.
Kloosterboer: Dat hindert niet. Als je nu een jong geitje wilt slachten, moet je dat
al in het abattoir laten doen. Straks moet je daar ook nog met een
haantje heen.
Weth. Bakker: Je moet net doen, alsof je van niets weet.
Kloosterboer: Als we dit afstemmen, beginnen ze daar wel wat anders te praten.
Wij zeggen altijd maar ja
De wijziging van de verordening met werd 4 tegen 3 stemmen goedgekeurd.
Begin 1926 gingen er in Koedijk stemmen op als "Hoe eerder onze gemeente van de
veenderij afkan, hoe wenschelijker dit is".
Enkele maanden later kon men in de Alkmaarsche Courant het volgende bericht lezen:
"""Naar wij vernemen heeft het gemeentebestuur van Koedijk besloten geen gelden
meer te voteren voor het veenbednjf ter bestrijding van de werkloosheid. Zulks
omdat de verrichte werkzaamheden in het voordeel van St. Pancras worden geacht.
Door deze gang van zaken komt een twaalftal mensen uit het Zuideinde zonder
werk.
Dit bericht veroorzaakte de nodige onrust Ook in Koedijk In de bijeenkomst van de
VOLKSKIESVERENIGING, waarin het werk van de afgevaardigden in de gemeen
teraad werd besproken, vroeg een verontruste Koedijker of het werk in de veenderij
werd opgeheven Geantwoord werd dat dit niet het geval was; zodra de werkloosheid
de kop weer opstak, was daar weer werk voor werklozen
In een raadsvergadering aan de Kanaaldijk werd de zaak nader toegelicht.
Er was een misverstand ontstaan en het was niet Koedijk, maar St. Pancras dat de
knuppel in het hoenderhok had gegooid!
"Het is niet waar wat men in St. Pancras zegt, Koedijk wil nog wel geld m de veen
derij steken" aldus een ander geluid.
Volgens het Koedijker college was het begonnen met een onduidelijke brief, die van
St Pancras werd ontvangen Aanvankelijk had men de inhoud hiervan niet goed be
grepen, later veranderde dit en kregen ze in de gaten dat St. Pancras door een aantal
werklieden het terrein liet vlakken.
"Maar dat is geen veenderij Voor het landvlakken in St. Pancras betalen we niet.
Zodra men daar weer met het uitvenen begint, dan doen we beslist weer mee."
Raadslid Hart was verbolgen op de burgemeester van St. Pancras Hij had altijd
gedacht dat een burgemeester een zekere ontwikkeling moest hebben, maar de onaan
gename toon, die de burgemeester van St Pancras had gebezigd tegen de arbeiders
94