gelijk gesteld met de leden der gereformeerde kerk. Na 1795 kwamen ook
hun leden in aanmerking voor de openbare ambten
En wat de armen betreft: Genoten eerder alleen de leden van de Staatskerk
ondersteuning in de nieuwe tijd werden Katholieken, Menisten, Luthersen,
Joden en anderen op gelijke wijze bedeeld als de Gereformeerden (In de
praktijk leverde dit de moeilijkheid op dat de aanwezige kas niet in staat
was om zoveel personen te onderhouden en om de 'eigen' armen niet te
benadelen, deed men aanvankelijk of men geen kennis had van de armoede
der andere 'schaapjes')
Mochten eerder de predikanten van de Staatskerk in ambtskledij over straat
gaan en was dit verboden aan priesters en pastoors, nu mocht niemand het
meer.
Evenmin mocht de kerkklok worden geluid bij het begin van een kerkdienst.
Aan deze laatste bepalingen werd niet erg de hand gehouden
De scheiding van Kerk en Staat bracht ook mee dat de Staat zijn handen
aftrok van de bekostiging der Gereformeerde (Ned. Herv. kerk).
De kerkgebouwen en pastorieën werden weggegeven
Het was beslist niet zo dat een bestaande Hervormde gemeente als eerste in
aanmerking kwam het kerkgebouw te erven. Het gebouw was van de ge
meenschap, ieder genootschap had daarom dezelfde rechten.
In St. Pancras leverde dit niet veel moeilijkheden op Praktisch iedere inwo
ner van het dorp behoorde tot de Gereformeerde kerk, er was geen ander
kerkelijk genootschap dat het gebouw claimde. Indien er wel een ander ge
nootschap was geweest, dan zou de toenmalige plaatselijke Hervormde
gemeente vermoedelijk eveneens bezitter van de kerk zijn geworden, maar
had men de andere gegadigde moeten uitkopen Dat gebeurde in Oudorp.
De Municipaliteit van Oudorp loste de kwestie omzichtig op en legde haar
handelwijze uiterst secuur vast.
De Municipaliteit van Oudorp notuleerde dat men zich bezig had gehouden
met de Gereformeerde kerk van Oudorp. (Bij de Reformatie werd niet gesproken
van Hervormde kerk, maar de kerk van de Reformatie werd Gereformeerde kerk genoemd. Om
streeks 1800 begon men de naam gereformeerde kerk los te laten en veranderde dit in het meer
Nederlands klinkende Hervormde kerk).
87