Vermoedelijk hadden de AJkmaarse predikanten bevoorrechte posities en
werd daaraan in het nieuwe concept getornd
Toen het nieuwe reglement werd besproken hadden alleen de Alkmaar-
ders enkele grote bezwaren
Het ging om twee onderdelen:
1De gewijzigde zitplaatsen regeling, zowel in de vergadering - als tij
dens de maaltijd van de classis, (vermoedelijk hadden de Alkmaarders steeds de
plaatsen aan het hoofd van de tafel en werd voorgesteld dit, vanwege het gelijkheidsbegin
sel te wijzigen)
2. Dat de afgevaardigden uit de classis naar een hogere vergadering
voortaan tenminste driejaar lid van de classis moesten zijn. (vaakwerden
De kerk van Egmond moest een nieuwe predikant beroepen. De kerke-
raad maakte een voordracht van drie predikanten, waaruit de gemeente
leden eentje zouden kiezen. Maar de gemeenteleden mochten pas stem
men, wanneer de Ambachtsheer de voordracht had goedgekeurd.
Deze elders wonende mijnheer, die zoals de meeste Ambachtsheren met
hun heerlijkheid, geen enkele band had met Egmond dan die, dat hij en
kele belastingopbrengsten uit die plaats in zijn zak mocht steken, wilde
de voordracht alleen goedkeuren onder de voorwaarde, dat deze zou
worden aangevuld met een vierde, door hem te noemen kandidaat.
Vermoedelijk liet hij tussen de regels door merken dat de drie kerkeraads
kandidaten voor 'spek en bonen' mochten meedoen, maar dat de zijne
moest worden gekozen. Want unaniem stemden de Egmonders op de
vierde kandidaat.
Enkele classisleden, onder wie ds. Schardam, spraken hier luidkeels
schande van. Dat de Ambachtsheer een kerkelijke voordracht moest
goedkeuren was een recht van de man (waarvan ze graag hadden gezien
dat hij dit nooit had gekregen), maar hij had niet het recht om de voor
dracht aan te vullen. Dit was totaal in strijd met vrijheid en gelijkheid. Zij
vonden dat de classis hier moest optreden.
De meerderheid der classis was het niet met hen eens
alleen Alkmaarse predikanten naar de hogere vergaderingen (synodes) afgevaardigd, ook
wanneer dezen nog maar kort in Almaar woonden en geen enkele notie hadden van de pro
blemen van het platteland).
71