De stafofficier van Brune gaf het volgende verslag:
130
19 September vielen de Engelsen en Russen aan.
De Russen probeerden langs de kust naar het zuiden te gaan.
De Engelsen wilden richting Oudkarspel. Tot driemaal toe vielen ze
op Oudkarspel aan maar telkens werden ze teruggeslagen. Ze verlo
ren daarbij veel volk en tenslotte verschansten ze zich achter de dijk,
die van Oudkarspel naar Dirkshorn loopt. Op de dijk zetten ze een
tweetal kanonnen.
Daandels zag dat zijn voorposten de overwinning hadden behaald en
werd overmoedig.
Met Bonhomme, die een aanval van de Eng. Russ. Legers had te
verduren langs het Noordhollands kanaal ging het minder voorspoe
dig en hij vroeg Daendels om hulp. Deze stuurde hem enkele batal
jons voetvol, een eskadron dragonders en zijn rijdende artillerie. De
Engels-Russische legers waren inmiddels via Schoorl tot Schoorldam
en Bergen gevorderd.
De Bataven waren op Koedijk teruggetrokken, hetgeen niet al te or
delijk was gebeurd. Dumonceau was gewond en zijn leger had veel
verliezen geleden. En bij Koedijk stonden zijn mannen in een hevige
kogelregen. De hen te hulp geschoten artillerie van Martuchwitz
voorkwam erger en zorgde er\>oor dat Schoorldam werd heroverd.
De in Bergen vechtende Russen dreigden afgesneden te worden en
moesten terug.
Daandels meende aanvankelijk ook dat hij bij Oudkarspel wel erg
ver naar voren stond en dat voor hem ook afsnijding kon dreigen en
was van plan om eveneens iets terug te trekken. Hij werd er op op
merkzaam gemaakt dat wanneer hij zijn post prijs gaf, dit een aan
zienlijke verdere verzwakking betekende voor de stellingen van het
Frans-Bataafse leger. Een aanval vanuit Schoorldam op zijn stellin
gen wist hij af te slaan. Hierdoor overmoedig geraakt riep hij uit dat
hij nu ook gevangenen wenste te maken en vijandelijke stukken wilde
veroveren. De beide Engelse kanonnen op de dijk voor de Engelse
stelling - waar het opmerkelijk rustig was - schenen hem zeer be-