In de kamer bevonden zich meerdere kasten, waarin ook waarde gebor
gen was, maar aan geen van die bevonden zich eenige sporen van geweld.
Op mijn vraag aan Klaas Smit of hij ook eenig vermoeden had wie de
daders konden zijn van dezen diefstal heeft hij ontkennend geantwoord.
Hierop heb ik de woning van Mej. Smit verlaten:
onderweg naar huis werd me medegedeeld dat Corn. Josepsz. Abbes, ko
renmolenaarsknecht alhier, die ongeveer middernacht nog een brief in de
brievenbus van het hulppostkantoor alhier had gebracht, twee personen was
tegengekomen, die rammelende voorwerpen bij zich hadden en zich in de
richting van Langedijk begaven. Zijn groeten werd niet beantwoord.
Nog vernam ik dat 's avonds bevoren ten ongeveer half 9 ure in de her
berg van S. Lek alhier zich bevonden 2 mannen uit Amsterdam, die werk
hadden gezocht aan den Langedijk, maar niet gevonden. Zij bevonden zich
in de herberg van lek in gezelschap van Klaas de Vries, aardappelkoopman
te Alkmaar (op de Voor dam die deze mannen op jenever tracteer de.
Er is van al het vorenstaande door mij op den eed bij den aanvang mij
ner bediening afgelegd, opgemaakt het tegenwoordig proces-verbaal ten
raadhuize dezer gemeente.
L. van der Vijzel, Burg.
Jan Klaasz. Smit 1745 - 18 was schepen en schout van St.Pancras om
streeks 1780 - 1795 en wordt genoemd in Klin nr. 9 in het op blz.12 begin
nend artikeltje over ds. Schardam
Uit het brokje stamboom is gemakkelijk af te lezen dat de landbouwer kas
telein Jacob Jansz. Smit een neef was van bovengenoemde Dirk Pieters
Smit.
Vermoedelijk is Jacobs zoon Abraham zijn vader niet als kastelein opge
volgd.
Van deze Abram worden meerdere beroepen opgegeven, nl. dagloner, venter
en timmerman. Twee van zijn kinderen overleden jong, in 1858 een dochter
tje van 8 jaar en in 1864 een driejarig zoontje. Beide malen werd in de over
lijdensakte opgetekend dat Abraham venter van beroep was en in zijn eigen
overlijdensakte van 1880 werd dit opnieuw vermeld Als adres werd steeds
het Noordeinde opgegeven.
87