-79-
mannen druk met Kees bezig waren, zag ik mijn kans
schoon en maakte dat ik wegkwam. Ik racede naar de
vetboet en riep: "CCD In een oogwenk had vader Hein
alles van tafel en opgeborgen. Hij was nog maar amper
klaar, of daar had je de mannen: "Goezinne, we hadden
toch goed afgesproken dat jij niet meer clandestien
zou slachten"Anders was de ouwe nog wel eens genegen
om zoete broodjes te bakken, nu stond zijn hoofd er
niet naar. Hij zei: "Wat jullie daar hebben is van één
van jullie hogere vrienden en als je nu niet gauw
maakt dat je wegkomt, zal ik hem eens op jullie afstu
ren!" De heren vielen ons toen niet langer lastig.
HONGERWINTER
Mijn vader was "zelfverzorger" zoals dat heette. Hij
moest de helft van zijn oogst naar de regering brengen
en de rest was voor eigen gebruik. Daar zal ook de
hand wel mee gelicht zijn. We hadden zakken met peul
vruchten en graan in de keuken staan.
Tijdens de hongerwinter ruilden we eierkolen voor
aardappelen. Zo raakte bij ons ook het eten op.
Ik weet nog, dat ik 's avonds naar de gym ging en mijn
lippen op elkaar zaten geplakt van de rogge-water-pap
Met dat spul plakte ik ook wel plaatjes in mijn po-
ëzie-album
Als ik uit school kwam en er eten-zoekers met ons
meeaten, was dat heel gewoon. Je deed wat je kon om
een ander te helpen. Mijnheer Goos uit Alkmaar was
vaste klant bij ons. En ook mijnheer Van Schie uit
Amsterdam. Van hem kreeg ik nog een boek.
Reeds vroeg in de oorlog kwamen 'trekkers" hier om
aardappelen, groente of ander voedsel te kopen.
Soms werden hiervoor normale prijzen gevraagd, soms
werd het geruild, soms vroeg men woekerprijzen.
Jan Horick maakt zich nog boos op een boer, waarbij
hij in het begin van de oorlog werkte. Voor zijn moe
der wilde hij graag een melkkaas je meenemen. Dat kon,
maar hij moest er f 7,50 voor betalen."En ik verdiende
bij die vent één knaak per week"
In de laatste winter kwamen verreweg de meeste honger-
trekkers met fiets, handkar, kinderwagen of ander
transportmiddel