-41-
Hadden Bertus en ik een jaar eerder op de fiets een
kerstboom uit het bos gehaald, in december '44 ging
Bertus met iemand per auto een boom uit het bos halen.
En opnieuw hadden wij een prachtige kerstboom.
In februari '45 werd onze werktijd verkort tot 48 uur
per week. Blijkbaar ging de aflevering van de produc
ten niet meer zo voorspoedig.
Wij moesten puinruimen. Een boer gebruikte dit om de
bomkraters op zijn land te vullen. Onze toeslagkaart
voor langdurige arbeid kwam echter te vervallen en dat
was minder leuk.
In maart '45 zochten een paar dames brandhout tussen
de puinhopen. Bertus bood aan het hout per auto bij
hen thuis te bezorgen. Zo gezegd, zo gedaan. Vier man
sterk brachten ze, zodra het donker was, het hout weg.
Op de terugweg reed Bertus een paar mensen aan: de
koplamp was stuk, een deuk in het spatbord, doorge
reden na een ongeval, niet in het bezit van een rijbe
wijs, een auto van de zaak gepikt.Allemaal goed fout!
Twee mannen spraken af de schuld op zich te nemen.
De volgende morgen werd de bedrijfsleider ingelicht,
die daarop de politie belde.
De politie verscheen ogenblikkelijk en beide heren
werden in de boeien geslagen en gevangen gezet
Ze werden niet voor de rechter gebracht, omdat het
einde van de oorlog in zicht was. Er volgde dus geen
veroordeling. Roel heeft tien en Bertus elf dagen
vastgezeten
Het was maar goed dat de oorlog zo goed als afgelopen
was, anders waren er meerderen van ons de gevangenis
ingegaan
Een gezegde van onze bedrijfsleider was: "Kinderen,
kinderen, wees toch verstandig
29 maart '45, witte donderdag, was onze laatste werk
dag. We kregen onze levensmiddelenkaart en tevens werd
ons loon uitbetaald.
Goede vrijdag was een vrije dag, net als in 1944.
Bij verschillende bedrijven steeg er toch rook op,
blijkbaar werden er geheime dingen verbrand. Een dui
delijk teken dat het einde naderde.