-151-
40-45. Illegaliteiten in en om Sint-Pancras.
In onderstaand verslag wordt getracht een karakteristieke indruk te geven
van wat er in die jaren in en om Sint-Pancras gebeurde. Dat is terminste
de bedoeling. Het is geen compleet overzicht van het onderwerp, wat ook
moeilijk te verwerkelijken zou zijn. In de hoop dat zij, die niet worden
genoemd, dit kunnen verontschuldigen. Hoe objectief men verder in deze
materie ook wil zijn, een persoonlijke belichting, analyse en waardering van
de feitelijke gebeurtenissen is onvermijdelijk.
Om zich een juister beeld van het gebeurde te kunnen vormen <s het,
vooral voor hen die het niet van nabij hebben meegemaakt - en dat worden
er hoe langer hoe meer - misschien nuttig eerst even in het kort de
toenmalige situatie te herinneren.
Rond vier uur in de morgen van de 10e mei 1940 wordt de nachtrust in onze
contrijen verstoord door het hevige lawaai van inslaande bommen. A gauw
blijkt dat het vliegveld Bergen het doelwit is. De radio zendt na de aankon
diging bericht luchtwachtdienst, meldingen over aankomende vliegtuigen en
dalende parachutisten uit, en ook waar Duitse troepen de Nederlandse
grens hebben overschreden. Die morgen wordt een radiotoestel het Panc-
rasser gemeentehuis binnengedragen. Wanneer iemand tegen hen opmerkt,
dat Nederland nu dus ook in de oorlog is betrokken, wordt hij ongelovig
aangekeken. Want goed, er is wel gebombardeerd en de Duitsers zijn ons
land binnengevallen, maar dat dit ook meteen oorlog betekent leek wat al
te gortig - ondanks het feit dat op 9 april daarvóór Noorwegen en Dene
marken al even verraderlijk onder de voet waren gelopen.
Geëvacueerden uit de streek van Renswoude en Veenendaai vinden in Sint-
Pancras tot een dag of vier na het eind van de Mei-oorlog een onderdak.
De jacht op al dan niet vermeende parachutisten heeft tot gevolg dat op 12
mei in ons dorp de eerste oorlogsgewonde wordt geteld: Strijbis is op de
Twuiverweg door een Nederlandse soldaat die met anderen op zoek is naar
(ten onrechte) gemelde parachutisten, in zijn dij geschoten, omdat hij om
niet verklaarde redenen geen gehoor gaf aan de sommaties.
Nadat Rotterdam in brand is gegooid wordt op 14 mei de capitulatie gete
kend en ons land vanaf die dag door de Duitsers bezet. Tot 27 mei vechten
niettemin in Zeeland Nederlandse soldaten nog door.
Dat de eerste, een paar dagen op het dorp aankomende Duitse soldaten,
door een huismoeder met koffie worden verwelkomd, mag een illustratie
zijn van het totale onbegrip voor wat er eigenlijk aan de hand is.
Op 17 mei wordt Sint-Pancras bezet door 200 Duitsers en 180 paarden.