In de nieuwe kerk
van Hakiviki wordt
de herinnering aan
Johan Kuylenstierna
levend gehouden
met een
herinneringsbord.
overlijden van Helena zou Willem haar
stiefzoon zijn. Helaas weten we nog niet
waar en wanneer het huwelijk tussen Jan
en Marittie is gesloten en of Jan toen
weduwnaar was. Een andere mogelijk
heid is dat Marittie weduwe was.
Een dochter van haar zou dan
getrouwd geweest kunnen zijn
met Willem. Zij zou dan na de
bevalling van een zoon, de eer
der genoemde Hendrik die mos
lim is geworden, zijn overleden.
Willem zou dan als weduwnaar
zijn getrouwd met Maria te
Letter. De Zweedse internetsites
met genealogische informatie
zwijgen hierover. Uit het huwe
lijk van Willem Jansz Kuyl en
Maria te Letter zijn twee kinde
ren geboren, Jan en Maria.
Verder staat er op de ene website
dat zij een zoon Hendrik hadden
en op de andere dat haar echtge
noot Willem een zoon met de naam
Hendrik had. Al met al veel onduidelijk
heden.
Een andere mogelijkheid is dat Jan
Jacobsz Kuyl een zoon heeft verwekt bij
zijn maitresse Helena. Nergens echter is
sprake van een onecht kind zodat deze
theorie niet erg houdbaar lijkt.
Een nieuwe poging
Na het overlijden van Willem 1670 was er
nog steeds geen geld uit Zweden geko
men, dus stapt Marittie weer naar de
notaris. Kennelijk was zijzelf niet goed
meer in staat om naar Zweden te reizen
want zij laat een akte opmaken waarin zij
een zekere Elij Laers of anders haar
dienstbode Neeltie Louwers machtigt om
in Zweden alles te doen wat wettelijk
mogelijk is om het geld plus de achter
stallige rente overhandigd te krijgen. Zij
moet zich daarvoor in Gotenborg vervoe
gen bij Jochim Paltsar of, als deze mocht
zijn overleden, bij diens erfgenamen.
Kennelijk was het geld al in handen van
deze man maar nog niet naar Holland
doorgestuurd. Of de dienstbode werke
lijk naar Zweden is geweest en of het geld
ooit bij Marrittie is terechtgekomen is
vermoedelijk nooit meer te achterhalen..
Vervolg
Tot zover de geschiedenis van de Schager
familie Kuyl waarvan een nazaat in
Zweden is geadeld vanwege zijn dappere
gedrag. Dirk Burger van Schoorel lijkt
dan toch weer gelijk te krijgen. In zijn
kroniek die in 1710 uitkwam staat op
pagina 9:
"De Inuioonders en Burgers deezer Plaatze,
waren uan ouds, zoo uerre de Historiën geden
ken, na den aart der Batavieren, Mannen uan
dapperheid, begaajtmeteeengoed uernujten
verstand, dewelke daaden deeden voor de ury-
heid,
Inmiddels zijn er bij archiefonderzoek
nieuwe feiten aan het licht gekomen
waarmee het mogelijk lijkt nog verder in
de geschiedenis terug te gaan. Dit vereist
nogal wat puzzelwerk. De resultaten van
dit puzzelwerk zult u kunnen lezen in een
volgend nummer van de Kakelepost.
Met dank aan
mevrouw M. Bruin-de Geus. Zij belde in
het voorjaar met de vraag of bij onze ver
eniging al eens onderzoek was gedaan
naar de familie Kuyl. Een van haar voor
ouders is Jan de Geus, de schoolmeester
en organist over wie van mijn hand een
artikeltje is verschenen in het 5e nummer
van de Kakelepost vanigg7, pag. 3-9, met
een reactie van Jan Barsingerhorn in het
eerste nummer van de daaropvolgende
jaargang, pag. 21-23. De familie De Geus
telde een groot aantal molenaars en een
van de eerste molenaars was getrouwd
met Aagtje Jacobsdr Kuyl. Bij onderzoek
naar de voorouders van deze Aagtje was
mevr. Bruin terechtgekomen bij de
Zweedse familie Kuylenstierna. Met de
door haar verzamelde gegevens uit
ondermeer de notariële akten van
Schagen ben ik aan de slag gegaan met
bovenvermeld resultaat. De verwachting
is dat er met de nieuw gevonden gege
vens meer duidelijkheid zal komen over
het reilen en zeilen van deze familie en de
geschiedenis van Schagen.
Een overzicht van de bronnen en literatuur zal
aan het eind van het volgende deel geplaatst
worden.
12