'De Wijnberch des heren' Boekbespreking door Karei Nu man I c N fbr 15» h m >e Wynberch es Heren Voor wie meer wil weten over de eerste doopsgezinden in Holland, in het bij zonder in Noord-Holland, de Kop van Noord-Holland, Texel en de overige waddeneilanden is er een goudmijn te vinden in boekhandel en bibliothe ken. 'De Wijnberch des heren', het proefschrift waarop Dr. Gerardvan der Kooi, van Texel, in Leiden promo veerde op 29 september 2005, is een ronduit boeiend en zeer informatief boek over de eerste generaties doops gezinden, wederdopers, over wie door dit boek niet alleen meer bekend is geworden, maar die door dit boek aan de vergetelheid zijn ontrukt, zoals dat heet. Uitvoerig en intensief onderzoek in vele archieven en archiefstukken heeft talloze feiten aan het licht gebracht die door andere onderzoekers en schrijvers niet waren opgemerkt. Deze feiten, geplaatst in een zorgvuldig beschreven historisch kader waarin Karei V en Filips II de hoofdrol ver vulden, samen met tallozen die naast en onder hen figureerden in die tijd, maken het mogelijk ons een beeld te vormen van wat er in de periode 1514 tot 1572 speelde op Texel en in ruimere zin in de Kop van Noord-Holland en de bestuurlijke centra van ons land. Bovendien zijn die feiten op een rij gezet door iemand die kan vertel len met zijn pen en die ondanks een uitvoerig notenapparaat de vaart in zijn verhaal weet te houden. Er waren momenten dat ik me waande in een van de boeken van Emmanuael Ie Roy Ladurie. Ik denk aan de passage over Texelse 'ketter'-wederdooper gevan gen zittend in Den Haag, de ketellap per Jan Gerritsz. ketelaer, die aan het eind van een langdurig proces ter dood werd veroordeeld en zijn leven eindig de op de brandstapel op 16 december 1564. Ik denk ook aan de bijlage over Jan van Leiden, aan het bezoek van de bisschop-inquisiteur van Roermond, Lindanus, aan het eiland Texel. Ik denk aan de mislukte poging van de over heid, werkend volgens een plan van de Texelse schout Van Bosschuyzen, om op Vlieland een groot aantal weder dopers op te pakken en de oorzaken waardoor dat misliep. Ik denk aan de maaltijd waarmee de uitgifte, de verpachting, van 's keizers onroerende goederen aan de meest biedenden eindigde. Zo zijn er vele momenten waarop Van der Kooi het verleden tot leven brengt, zonder een moment zijn verplichtingen aan de historische wetenschap uit het oog te verliezen. En dat is een groot compliment waard. Belangwekkend voor lezers uit Noord- Holland is ook - een onderdeel van de opzet van het onderzoek - de vergelij king van Texel meteen aantal Noord- Hollandse plaatsen, waaronder West- zaan, MonnickendamendeNiedorper Coggen. Vooral de contacten tussen de wederwopers in Niedorp en Texel komen uitvoerig aan de orde. De beschrijving van de tocht naar Mün- ster in april 15 34, als er van daaruit een oproep komt om naar die stad te komen - in de verwachting van de komst van het Koninkrijk der Konink rijken juist op die plek - en de wijze waarop dat voor alle deelnemers uit Noord-Holland op niets uitloopt, is de beschrijving van een drama. Alle deelnemers worden van de schepen gehaald, waarop ze de oversteek over de Zuiderzee zouden maken of al gemaakt hadden, in Amsterdam, in Monnickendam, in Genemuiden, ter wijl een laatste groep die nog in Haar lem was, niet verder kwam dan die stad. Mannen, vrouwen en kinderen werden zonder uitzondering opgepakt en hoewel de meesten gratie kregen, en op enigerlei wijze boete moesten doen, betekende het toch ook voor een flinke groep mannen, vooral uiteraard voor wie werden aangezien voor de leiders van de groepen, een proces met aan het eind een ter dood veroordeling en een einde door zwaard, ophanging ofbrandstapel. Het boek ziet er zeer verzorgd uit, het is voorzien van mooie kaartjes en ander illustratiemateriaal. Het kent ook een ruime beschrijving van de gebruikte archieven, interessante bijlagen, een vaak interessant en infor matief notenapparaat, en gelukkig een register dat het mogelijk maakt per sonen terug te zoeken, over wie je nog eens iets wilt lezen. Voor de genealogen is de vierde bijlage van groot belang, omdat Van der Kooi daar een overzicht geeft van alle door hem gevonden doopsgezinden in de periode die hij beschrijft in de verschil lende plaatsen die hij bij zijn onder zoek heeft betrokken. Mogelijk is een bezwaar - uiteraard niet voor de foto's - dat het boek gedrukt is op glanzend papier omdat het de lezer, zeker onder lamplicht, toeschittertwat het lezen soms enigs zins bemoeilijkt. Hetzij zo. Gerard van der Kooi, doopsgezind dominee en oud-docent maatschap pijleer, counselor en dekaan aan wat nu de Gemeentelijke Scholenge meenschap in Schagen is, heeft een geweldige prestatie geleverd met het schrijven van deze wijnberg des heren. De titel is ontleend aan het Testament van Jan Gerritsz en verwijst natuurlijk eveneens naar Texels Hoge Berg. Het is een prachtig boek, dat stimuleert, dat boeit door de wijze van aanpak en onderzoek en je doet verlangen naar meer. Wie dit boek leest en daarnaast bijvoorbeeld van Piet Dekker 'Godert van Bocholt' heeft het idee eindelijk veel meer te weten te zijn gekomen over de Kop van Noord-Holland en de plaats ervan in het geheel van de Nederlanden en het rijk van Karei V en Filips II in de zestiende eeuw, over de ontwikkeling van de Reformatie en in het bijzonder van wat de wederdopers heeft bewogen, en over het ontstaan van het land waarin we tot op de dag vandaag met graagte wonen. HE u- jfcj: Héi-.. 18

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kakelepost - Schagen | 2007 | | pagina 20