17ZSI y<Zi?L z - xr-fït-zê Cll' <zC crrr^t<J Y ItYrrs; *-Jc/i-ayë'x O -/*<- ïc' V-/"1 Verslag van de vergadering waarin Jacob Jansz Langeveld zijn aanstellingsbrief overhandigd. als nu nog altijd - de hang naar 'houen watje hebt', 'je weet wel watje hebt, maar niet wat je krijgt', 'doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg'. We willen geen honger, geen ziekte, geen onvrede. Uiteraard niet. Het goede moetje zoeken, het kwade dient zichzelf wel aan. Op 16 mei 1702 vergaderen Burmeesteren en Schepenen van Schagen. Ter sprake komt de brieve van confirmatie aan geboden door Jacob Jansz Langeveld. Hij wil zijn vader opvolgen als gerechtsbode nu deze in maart jongsleden is overleden. Uit de brief blijkt dat Jan Jansz Langeveld al geruime tijd werd bijgestaan door zijn twee zoons, Adriaan (Aarjen) en Jacob. Een klein rekensommetje leert dat in 1702 Jan Jansz Langeveld ruim 70 jaar oud moet zijn geweest. Hij trouwde eind 1649, begin 1650. Hij zal dus geboren zijn in plusminus 1625 of iets later. Waar hij geboren is, is me tot nu toe niet bekend. Op het moment waarop hij trouwt is hij een 'jong gesel', dus geen weduwnaar. Hij woont dan in Schagen. Hij is ook bekend als Jan de Cock. Nog een ander detail uit de brief verdient toelichting, hetveijldersambt. Ik ga ervanuit dat het hier gaat om een 'zijtak' van het ambt van de gerechtsbode. Het kwam uiteraard regelmatig voor dat er iemand veroordeeld werd door schout en schepenen en dat zijn goederen verbeurd werden verklaard. Die werden dan in het openbaar verkocht, geveild. Degene die daarmee belast werd, was de gerechtsbode, dat was zijn veijldersambt. De brief bestaat uit twee delen. In het eerste deel is Floris Karei van Schagen aan het woord. Hij vermeldt dat hij zeer tevreden is over de wijze waarop Jan Jansz Langeveld het ambt van gerechtsbode en veiler vervuld. Ook is hij zeer te spreken voerde maniet waarop zijn zonen Adriaan en Jacob hem vervangen (substituut) als hij door ziekte of anderszins is verhinderd. Adriaan zal hem opvolgen en mocht deze komen te overlijden, Jacob. Het tweede deel van de briefis de voortzetting en de bevestiging van het eerste deel door de opvolger van Floris Karei, namelijk Diederik van Beijeren en namens deze zijn voogd, die bij testament over hem is benoemd. In het tweede deel blijkt ook dat vader Jan Jansz Langeveld is overleden en dat in zijn opvolging moet worden voorzien. Adriaan blijkt inmiddels te zijn overleden. Zodra heer Diederik naar Schagen komt, zal Jacob Jansz Langeveld in zijn handen de eed moeten afleggen. 14

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kakelepost - Schagen | 2007 | | pagina 16