:nstvan de
irenzoon
auwd had.
edrijfaan de
e naam van
oeger com-
s hij ook
n metselaar.
,n Ben van
;straat en
Later deed
ie garage
de komst
rvoor hij
Hoe ging het in de garage
en wie werkten er in 1940?
Wel het viel me direct op dat er zoveel
bekende namen voorkwamen, althans
zonen van bekende Schagenaars.
Hannie Holema, zoon van majoor
Holema, hoofd politie.
Tonnie Flapper, zoon van agent Flapper.
Rien van Haren, zoon van agent van
Haren. Rein van Haren, idem. Theo Gor
ter, zoon van accountant Gorter.
Ja, de garagewereld was sterk in opkomst
en het technische werk, vooral aan auto's
was erg populair, dus wilden veel jongens
graag monteur worden. De werkplaats
was goed bezet, veel werd toen nog hand
matig gedaan. Chef monteur was Klaas
Leeuwenkamp, hij woonde naast
de garage en het werk was zijn hobby.
Een voorbeeld:
Toen Schagenaar Gerrit Bras het vlieg
veld in Leeuwarden met spoed moest
aanleggen met 50 kiepwagens, reed hij
met zijn auto's zo lang mogelijk door.
In die tijd gebruikten de motoren veel
olie en op 't laatst werd afgewerkte olie
bijgevuld tot het niet meer kon. Dan
kwam de chauffeur 's avonds met de auto
naar Schagen en Leeuwenkamp plaatste
's nachts met een helper een ruilmotor in
de auto, zodat deze 's morgens vroeg
weer naar Friesland kon. En als u nu
denkt dat het duur betaald werd, vergeet
het maar. Overwerktoeslag bestond nog
niet en de klant betaalde hetzelfde tarief
als overdag, namelijk chefLeeuwenkamp
1,00, de ie monteurs Jaap Appel en
Koen de Boer 0,80 per uur en de hulp
monteurs nog minder.
In de garage werden de motoren gerevi
seerd en klaargemaakt voor vervanging
in de auto's. Dit werk werd graag gedaan
en was echt vakwerk: motor demonteren,
onderdelen schoonmaken, cilinders uit
boren en slijpen, soms voorzien van
nieuwe cilinderwanden, de lagers opvul
len en weer pas maken, de kleppen slij
pen, dan de motor weer in elkaar zetten
en proefdraaien.
Ook had Blaauboer een carrosserie afde
ling aan de Nieuwe Laagzijde en ook daar
werd goed werk geleverd door Willem
Kossen en Jan Smit. Alle melkwagens van
de C.Z. Lutjewinkel werden daar opge
bouwd, maar het mooiste vakwerk was
het vervaardigen van de grote 'papwa
gens', waarmee de producten van de
fabriek door het hele land gebracht wer
den. Kossen stond zo in de gunst van
directeur G.Nes, dat die eens maanden
wachtte met de opbouw tot Kossen, na
ziekte, het werk weer kon doen, geen
ander kwam eraan.
Voetballen op het S.R.C. terrein
Als het ware tegen de carrosseriewerk
plaats lag het veld van de voetbalvereni
ging SRC Daar gingen we tussen de mid
dag vaak voetballen met de schapen, die
het gras kort hielden, op de achtergrond.
Nooit zijn we weggestuurd, maar als
tegenprestatie hoorde SCR niets van ons,
wanneer er tijdens een wedstrijd eens een
ruitje van onze werkplaats sneuvelde.
Naast de garage woonde dus Klaas
Leeuwenkamp, aan de rechterzijde ver
der de loodgieter Schoen en steenhouwer
De papwagens, die
speciaal gebouwd
werden voor de zuivel
fabriek in Lutjewinkel,
waren de trots van de
carrosserieafdeling.
19