leidde deze wet ertoe dat er in het begin
van de vorige eeuw in de Magnusbuurt
een flink aantal arbeiderswoningen werd
gebouwd, maar het is nog maar zeer de
vraag of deze woningen ook voor de
armsten betaalbaar waren. Voor hen
veranderde er waarschijnlijk voorlopig
nog niets.
Op grond van de gezondheidswet werden
inspecteurs aangesteld die onder meer
waren belast met het toezicht op de
naleving van wettelijke voorschriften op
het gebied van hygiëne en volksgezond
heid en met de in de woningwet
geregelde inspectie van woningen.
De Woningwet verplichtte de gemeenten
om voorschriften met betrekking tot de
woningbouw op te stellen. De gemeenten
waren vrij om deze voorschriften zelf
inhoudelijk te omschrijven. Dit hield in,
hoewel het niet expliciet in de wet stond,
dat de rijksoverheid zou moeten
ingrijpen als de gemeente in gebreke zou
blijven. Veel gemeenten hadden echter,
zoals wij hierboven reeds zagen, al
verordeningen op dit gebied vastgesteld,
De wet verschafte verder een wettelijke
basis voor woningbouwverenigingen en
regels voor onteigening in het belang van
volkshuisvesting. De volkswoningbouw
nam echter pas tijdens de Eerste Wereld
oorlog een grote vlucht.
Geraadpleegde archieven
Gemeente Archief Barsingerhorn:
Brievenboek 1893-1900;
Notulen gemeenteraad;
gemeenteverslagen Archief
Algemeen Burgerlijk Armbestuur
Barsingerhorn: Notulenboek 1892-
1907
Archief hervormde gemeente
Kolhorn: Korrespondentie kerk
voogdij
Rijksarchief Noord-Holland:
Grondbelasting, inv. nr. 83: Tabel
van klassificatie der grondeigen
dommen van de gemeente
Barsingerhorn; inv. nr. 108, staten
no. 11 (provisioneel en definitief):
Verzameling van de inhoudsgroot-
te en belastbare opbrengst; inv. nr.
125: Tabel der gekozen punten van
aanhouding of voorbeelden tot de
klassificatie der ongebouwde en
gebouwde eigendommen van de
gemeente Barsingerhorn; inv. nr.
126: Tabel der gekozen punten van
aanhouding of voorbeelden tot de
klassificatie der ongebouwde en
gebouwde eigendommen van de
gemeente Schagen.
Bronnen
Uitkomsten der Tienjaarlijksche
Volkstellingen, Provincie Noord-
Holland. Den Haag 1853, 1864,
1873, 1881,1891 en 1901.
Literatuur
Brandts Buys. L., De landelijke
bouwkunst in Hollands
Noorderkwartier. Arnhem 1974.
Brugmans. IJ.. De arbeidende
klasse in Nederland in de negen
tiendeeeuw 1813-1870.
Utrecht/Antwerpen 1978 (elfde
druk). Een vergeten hoofdstuk.
Blanke Slaven. Supplement op het
historisch gedenkboek 'Eene halve
eeuw' 1848-1898, Premie van 'Het
Nieuws van den Dag'. Met teeke-
ningen van Jan de Waardt.
Amsterdam, 1898.
Honderd jaar Waard en Groet.
1844-1944. Gedenkboek uitgege
ven door de Polder Waard en
Groet. Winkel 1945.
Jansen, H.P.H., Levend verleden.
De Nederlandse samenleving van
de prehistorie tot in onze tijd.
Amsterdam 1983. Minderaa. J.T.,
'De politieke ontwikkeling in
Nederland 1887-1914', in:
J.C. Boogman e.a., Geschiedenis
van het moderne Nederland.
Politieke, economische en sociale
ontwikkelingen. Houten 1988.
p. 301-348.
Klep. P.M.M., J.T.H. Lindblatt.
A.J. Schuurman, P. Singelenberg en
Th. van Tijn (red.), Wonen in het
verleden. I7e-20e eeuw. Economie,
politieke, volkshuisvesting, cultuur
en bibliografie. Amsterdam 1987.
Hieruit: N.L. Prak, 'Klein behuisd.
De wooncultuur van arbeiders in
de 19e eeuw' (p. 249-258);
A.J. Schuurman, 'Het gebruik van
vertrekken in de 19e-eeuwse
Zaanse woningen' (p. 231-247);
Th.W. Wijsenbeek-Olthuis,
'Woongenot van armen in de
18e eeuw' (p. 217-229) en H. van
Zon.'De onderkant van de woon
plaats. Milieuhygiënische aspecten
van de woonomgeving,
1850-1900' (p.55-67).
