15
CEEE;S KEEESÏEiRAVEEN-
Ouderen, die al lang in Schagen wonen, zullen Cees Raven wel kennen
en veel van wat hij vertelde kunnen beamen. Zijn verhaal geeft een
goed idee van de veranderingen die zich in een mensenleven
volt rekken.
Cees was de zoon van Hendrik Raven, de kastelein van't Paardshoofd
op de Loet, nu de Lantaarn. Hendrik was op zijn beurt een zoon van
Cees Raven, de veearts die tot ongeveer 1914 op de Loet praktijk
hield. Daarna nam veearts Muis de praktijk over. Deze veearts had nog
geen auto en werd met een koets naar de boeren gereden. Als koetsier
Lombok met de wagen langs kwam, zei men: "Daar gaat de muis met de
slak (de koetsier) en de ezel (het paard voor de wagen)". Cees Raven
wilde beslist geen kastelein worden, maar boer. daarom werd hij al
jong boerenknecht bij Hoogland in de Zijpe en werkte daarna een
vijftal jaren bij de gebroeders Baars, die in vee handelden en hun
stallen hadden in de Noordersteeg te Schagen. Daarnaast begon hij ook
al snel voor zichzelf te boeren: op gehuurd los land rond Schagen
hield hij koeien die op stal gingen in een gehuurde stal van de
groentegrossier Deutekom; de stal stond op het Noord en er konden 16
koeien in.
Cees trouwde in 1929 met Haartje Baken uit Callantsoog en ging boeren
in de Zijpe aan de Westfriesedijk tegenover de Burghornerweg (de
boerderij is inmiddels gesloopt). 't Was een tijdelijk onderkomen,
want 3 jaar later kocht zijn vader de boerderij op de Zandvenne aan
de Menisweg voor hem. Daarvoor was de boerderij eigendom van Jan de
Wit en Ma Nagelhout die zelf op de Bierkade in Schagen woonden en tot
dan toe de plaats hadden verhuurd.
Cees Raven was een trouwe bezoeker van de markt in Schagen en
daardoor een bekend figuur Behalve zijn koeien had hij sinds jaar en
dag 3 paarden die hij voor rouw- en trouwrijden verhuurde aan de
stalhouders Boontjes, Plevier en Visser. Kosten f3.- per dag en als
er een koetsier bij moest komen kwam daar nog eens f3.— bij. 's
Winters stonden de paarden voor de arreslee, o.a. voor de familie
Timmerman Dan werden de paarden op scherp gezet bij de Hoefsmid
Zander (later van Rijswijk, nu de 01de Smidse). Deze zette dan
stiften onder de ijzers voor één cent per stift, 't boren van het
benodigde gat kostte een halve cent, een nieuw hoefijzer twee
kwartjes. Zo nodig reed Raven met zijn paarden ook voor de toen hier
actieve Heide Mij. en verzorgde hij verhuizingen. Samen met Giel
Blokdijk uit Tuitjenhorn was Cees actief in de paardenhandel. Soms
liepen er wel 13 stuks in het land bij hem. De prijzen van de paarden
schommelden flink. Zo ook die van de koeien. De eerste kocht hij kort
na de eerste wereldoorlog voor zo'n f800.per stuk. Tijdens de
crisis van '29 daalden de prijzen tot f60.— tot f100.-, maar in 1959,
toen de gemeente zijn boerderij kocht vanwege de nieuwbouw van de
Waldervaart, brachten ze weer ongeveer f1000.op.
Cees Raven is toen stil gaan leven aan de Loet, op de hoek van de
provincialeweg, tegenover café La Strada. Bij de verbreding van deze
weg en de aanleg van het tunneltje moest dit huis echter ook verdwij
nen. Nu woont hij op het Noord op de hoek van de Havenstraat, vlak
bij zijn dochter.
Dit verhaal is de neerslag van gesprekken die ik met Cees Raven
voerde
A. Kapi tei n.