jagers in actie gezien boven de Wieringermeer. Op een dag, het moet in maart '45 geweest zijn, het was stra lend mooi weer, kwam er in de verte uit het oosten, een bom menwerper laag aanvliegen die kennelijk problemen had, hij hing scheef en de motoren maakten een vreemd geluid. We zagen er een bemanningslid uit springen die aan zijn parachute hangend onze richting uit kwam zweven, het vliegtuig vloog on dertussen recht door. De para chutist kwam dichter- en dich terbij en landde in het water net naast de oever van de vaart die de westelijke grens van het land van Feitsma vormde. De vlieger werd aan zijn parachute naar de kant getrokken door een paar mensen die daar in de buurt op het land aan het werk waren. De man gespte zijn parachute af en werd door het toestromende publiek begeleid, nat en wel, over het land naar de boerderij van Feitsma gebracht. Waar de toestromende menigte zo gauw vandaan kwam is een raadsel. Hij had een grijze vliegersoverall aan met allemaal zakken waar kennelijk van alles in zat, en een pistool op zijn heup. Er kwam alras iemand van de ondergrondse aanrennen die probeerde de vlieger over te halen onder te duiken en had daartoe een blauwe overall bij zich. Maar de vlieger wilde niet onderduiken en ook niet zijn pistool afgeven. Bij de boerderij gekomen werd hij door Bays, een geëvacueerde visser uit Den Fielder die tijdelijk in een ruimte in de schuur bij Feitsma woonde en die wat Engels sprak, opgevan gen. De parachutist kreeg droge kleren en wat te drinken en wilde zich kennelijk overgeven aan de Duitsers om in krijgsgevangenschap het einde van de oorlog af te wachten. Na een uur of zo kwam er een Duitse legerauto het terrein oprijden met een stuk of tien soldaten die uit de auto sprongen en met het geweer in aanslag de boerderij omsingelden. De leider van de groep, een Duitse officier, vroeg waar de Amerikaan was en werd naar het onderkomen van visser Bays gebracht. Ze bleven daar on geveer nog een half uur waarna de Amerikaan in de vrachtwagen werd afgevoerd, naar Medemblik naar we later hoorden. Er was echter een probleem: de parachute was zoek. De Duitse officier eiste dat de parachute voor 7 uur 's avonds in Medemblik moest zijn gebracht anders zou de boerderij in brand worden gestoken. Bays ging op zoek en na wat informatie werd de parachute, die onder een stapel strobalen verstopt bleek te zijn, gevon den. Door Bays werd het ding op de fiets naar Medemblik gebracht waar de Duitsers er al niet meer op hadden gerekend dat de parachute terecht zou komen. Bays werd bedankt en ge trakteerd op een flesje bier. De boerderij was gered. Waarschijnlijk was de brandstichting maar een dreigement geweest, maar je wist maar nooit in die tijd. Kale katten Er was vanaf 1942/43 niet genoeg dieselolie of petroleum meer beschikbaar voor de tracto ren in de landbouw. Om ze toch te laten rijden werden er gasgeneratoren geproduceerd, o.a. door Thomassen Machinefabriek. In de gasge neratoren werd steenkool (antraciet) gestookt die niet volledig verbrandde zodat gas ont stond waarmee motoren aan de praat konden worden gehouden. Voor een tractor was een apparaat van staalplaat gemaakt, ongeveer 1,5 m hoog met een diameter van ca. i m; dit woog nogal wat en was achterop de trekker gemonteerd. Ook de rupstrekker was voorzien van een gasgenerator. Het kostte nogal wat 3S Kroniek no. 62, 2oe jaargang, 2012/2 Graan laden (1940)

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kroniek Historisch Genootschap Wieringermeer | 2012 | | pagina 40