HET GEZIN PAUWELS KWAM IN 1933
NAAR DE WIERINGERMEER
Geen landarbeid voor vrouwen
De enige voorwaarde die moeder Pauwels in 1933 stelde om vanuit
Stoppeldijk in Zeeuws-Vlaanderen naar de Wieringermeer te verhuizen was:
als zij maar niet naar het land moest om mee te werken. Regel was in
Zeeland dat de vrouwen in de oogsttijd meehielpen op het land. Zware
arbeid als het opsteken van schoven was moeder Pauwels echter meer dan
zat. Doch om in die crisistijd van de jaren dertig de eindjes aan elkaar te
kunnen knopen was elke bijverdienste van de vrouw des huizes meer dan
welkom.
De toen 37-jarige Piet Pauwels ging het verkassen naar de Wieringermeer
niet zozeer om het werk maar vooral om de verdiensten. De grootste
drijfveer om in dienst te treden van de Cultuurmaatschappij Wieringermeer
was de verhoging van het uurloon van 25 cent bij de boer in Zeeland naar
35 cent per uur bij die Cultuurmaatschappij. En gelukkig voor Pauwels, zijn
vrouw stemde in met het nieuwe bestaan in de Kop van Noord-Holland,
omdat landarbeid voor vrouwen in de ontginningsperiode van de
Zuiderzeepolder verboden was.
Naar Middenmeer
Na een 'controlebezoek' van de maatschappelijk werkster, Mej. Olsder, kreeg
het gezin Pauwels toestemming om zich in de nieuwe polder te vestigen. Tot
de allereerste pioniers heeft Pauwels niet behoord in oktober 1933. Men zou
kunnen zeggen, hij was van de tweede lichting. Middenmeer werd juist
bevolkt en dit werd de plaats van vestiging van de familie Pauwels.
Aanvankelijk woonde het gezin aan de Havenstraat, om later naar het
laatste huis in de Torenstraat te verhuizen, waar nu dochter Marie Toebak -
Pauwels nog steeds woont.
Het gezin Pauwels in 1935 achter de woning aan de Torenstraat in Middenmeer.
v.l.n.r. Joost, Tilly, Moeder Pauwels, Jan, Vader Pauwels, Marie(tje), Louise en Fons.
De laatste, Fons, stemde zo'n 50 jaar geleden als lid van de gemeenteraad als enige
tegen het stichten van het vierde dorp (Kreileroord) in de Wieringermeer.
11