DANK ZIJ EEN BEWOGEN LEVEN: EEN TEVREDEN MENS.
516
Wie in de atlas op zoek gaat naar Oterdum, het plaatsje in Groningen, waar
de nu 90-jarige WieringermeerderJan de Vries, werd geboren, zal vergeefs
zoeken. Het dorpje van toen heeft plaats moeten maken voor de oprukkende
industrie van Delfzijl. Oterdum is niet meer!
In de buurt van dat dorp pachtte zijn vader in de beginjaren van de vorige
eeuw een gemengd bedrijf van 80 ha. Een gezond bedrijf, maar met een
groot gezin, (10 kinderen) en een economisch slechte tijd, (de dertiger
jaren) was het ook voor het gezin De Vries moeilijk rondkomen. En toen in
1935 de pachtprijs werd verhoogd besloot vader De Vries de pacht op te
zeggen, 't Was niet meer op te brengen. Er moest worden uitgekeken naar iets
anders. Getipt door kennissen, dat er vier gemengde bedrijven beschikbaar
waren voor nieuwe pachters deed vader De Vries een bezoek brengen aan de pas
in cultuur gebrachte WieringermeerpolderEen wereldreis toentertijd! In
datzelfde jaar (1935) verhuisde de familie De Vries van NO-Groningen naar
een gemengd bedrijf aan de Nieuwesluizerweg nabij Slootdorp. Alleen Jan, de
oudste zoon ging niet mee. Zijn toenmalige verloofde en latere vrouw had de
nodige bezwaren tegen 'de emigratie naar Noord-Holland' Jan zocht en vond
werk op een landbouwbedrijf in de buurt van Oterdum.
Naar de Wieringermeer
Toen zijn vader in 1937 een kavel van 25 ha bij het bestaande bedrijf
gevoegd kreeg kon hij er wel een mannetje bij gebruiken. Zeker, omdat het
bedrijf steeds meer omschakelde van veeteelt naar akkerbouw. Er was nog veel
handwerk te doen in die tijd. Zo gebeurde het dat Jan de Vries - zijn vrouw
was inmiddels wat bijgedraaid - in de Wieringermeer kwam werken bij zijn
vader, en wonen aan de Waardweg. "De polder was nog kaal en nog veel was in
opbouw. Het was nog veel pionieren. Pas in 1938 kwamen de eerste boeren aan
de Waardweg. Een telefoontje plegen naar de schoonfamilie in Groningen
gebeurde bij het Jodenkamp, waar Joodse jongeren, die naar Palestina terug
wilden gedurende een half jaar een praktijkgerichte agrarische opleiding
kregen" Samen met enkelen van hen behaalde Jan de Vries op de
Oostwaardh ave - waar de heer Remmeren bedrijfsleider was - zijn
melkdiploma
"De poldergemeenschap van toen was gezellig. De mensen waren op elkaar
aangewezen, en dat schiep een goede band"'Katholieken' had Jan de Vries in
het Groningse nog nooit ontmoet. "Was goed mee om te gaan!" "We leerden
respect voor elkaar tonen". Doch, zoals in die jaren gebruikelijk, bleven de
hechte geloofsgemeenschappen sterk gescheiden, ondanks de goede samenwerking
tussen de pionierende geestelijke voorgangers, de dominees Van Vliet en
Finkensieper en pastoor Braak. Van de laatste is de gevleugelde uitspraak:
"We zijn verschillend, maar werken voor dezelfde Baas!"
Na eer (aar op het bedrijf bij zijn vader te hebben gewerkt werd Jan de
Vries in 1938 bedrijfsleider bij boer De Nijs aan de Ulkeweg, de weg waaraan
hij toen ook kwam te wonen. In 1939 moest Jan in militaire dienst, (van juli
1939 tot eind mei 1940. Tijdens de terugtocht na gevechten op en rond de
Grebbeberg werd hij als krijgsgevangene van de Duitsers opgesloten in een
kazerne te Utrecht. Deze gevangenschap duurde veertien dagen.
Na de militaire dienst kwam Jan de Vries via Groningen - zijn vrouw verbleef
toen bij haar ouders aldaar - weer in dienst bij De Nijs.
Inmiddels groeide bij De Vries het verlangen eigen baas te worden. Maar
omdat de nodige papieren ontbraken, - "Er moest immers gewerkt worden;
doorleren was er niet bij", - werd hij driemaal afgewezen als pachter. Een
landbouwcursus bij meester Heerink bracht uitkomst. Met dat diploma op zak
kreeg Jan de Vries in 1940 een gemengd bedrijf toegewezen aan de Oosterkwel-
weg, nr. 21, waar het jonge gezin in '41 de boerderij kon betrekken. De
opbouw van het nieuwe bedrijf viel samen met de oorlogsjaren. Een
moeilijke tijd, zeker ook omdat de grond in die hoek van de polder nog niet
volledig cultuurrijp was"