voor elektriciteitszaken In 1921 treedt
hij toe tot Provinciale Staten voor de
R.-K. Staatspartij. Hij neemt de plaats
in van een vertrekkend lid. In de Sta
ten breekt Lommen tevergeefs een
lans voor toekenning van subsidie
aan een organisatie die de opleiding
van gemeenteambtenaren ten doel
heeft. Hij bedankt in 1922 voor een
nieuwe zittingsperiode. Het politieke
handwerk ligt hem waarschijnlijk
niet. Zijn belangstelling gaat uit naar
andere zaken.
Hij heeft verschillende functies bin
nen de sector gezondheidszorg. De
historie van ziekte en dood, waar
mee hij in zijn leven geconfronteerd
is geweest, heeft er wellicht mee te
maken. Hij is bestuurslid van de On
derlinge Nationale R.-K. Verzeke
ring voor de kosten van Ziekenhuis-
verpleging en Operatie. Ook is hij
voorzitter van een provinciaal fonds
en van een plaatselijke organisatie
op dat gebied. Daarnaast is hij voor
zitter van de plaatselijke afdeling
van het Wit-Gele Kruis, waarvan de
wijkverpleegsters ook voor de leden
van het Witte Kruis werken.
Hij is secretaris-penningmeester van de afdeling Noord-
Holland van het Wit-Gele Kruis en enige tijd penning
meester van de Koninklijke Bond voor het Reddingswe
zen en Eerste hulp bij ongelukken 'Het Oranje-Kruis'. Als
bevorderaar van het r.-k. charitatief werk is hem de pause
lijke onderscheiding Pro Ecclesia et Pontifice toegekend.
In 1934 treedt hij vanwege zijn slechte gezondheid af als
secretaris van de Federatie van Wit-Gele Kruisverenigin
gen. Bij die gelegenheid wordt hij tot erelid benoemd.
Verder is hij de voorzitter van een 'Comité tot voorberei
ding der wegenplannen Castricum-Den Helder', bestaan
de uit vertegenwoordigers van de betrokken gemeenten.
Tenslotte is hij lid van de raad van toezicht van de stich
ting Volksuniversiteit voor Alkmaar en omstreken en van
de Commissie van advies voor de exploitatie van het duin
gebied. In laatstgenoemde commissie, die onder andere
nauw betrokken is bij de aanleg van het duinmeer, heeft
Jac.P. Thijsse ook zitting. Op plaatselijk niveau behoren
de oprichting van de VVV, een Rode Kruis-afdeling en de
Oranjevereniging tot zijn verdiensten.
Koperen ambtsjubileum
Op 1 februari 1931 is het 12!/2jaar geleden dat Lommen als
burgemeester van Castricum werd geïnstalleerd; een jubile
um waaraan veel aandacht wordt geschonken. De Alkmaar-
sche Courant geeft uitgebreid verslag van de viering. Er is
een optocht en overal in het dorp wordt gevlagd. Raads
leden en ambtenaren ontvangen hem en zijn familie in de
feestelijk versierde raadszaal. Loco-burgemeester Hem-
mer en vele vertegenwoordigers van organisaties zwaaien
58
Rond het 121A-jarig ambtsjubileum werden allerlei feestelijkheden georganiseerd.
De burgemeester met zijn echtgenote en zijn moeder worden op het bordes
van het raadhuis verwelkomd. Mevrouw Lommen krijgt de bloemen. Rechts
gemeentesecretaris Van Lunen.
hem lof toe. Gemeentesecretaris Van Lunen bedankt hem
voor het feit dat het gemeentepersoneel altijd op hem kan
rekenen. Uit het dorp komen veel mensen hem feliciteren.
De krant schrijft: "Naast de vooraanstaanden kwamen de
eenvoudige menschen den burgemeester blijk geven van
hunne belangstelling.Het bestuur van 'Castricum Voor
uit' schenkt hem een pasteltekening van het raadhuis. Het
feest zet zich tot in de avonduren voort, wanneer de beide
fanfarekorpsen de burgemeester een serenade brengen.
Dat zijn werk in de gemeente wordt gewaardeerd, heeft hij
die dag zeker ervaren.
Raadhuis
Het aantal inwoners nadert in 1936 de 7000 en een gedeelte
van het raadhuis, de vroegere onderwijzerswoning, is nog
steeds in gebruik als woonruimte. Er is sprake van een be
narde situatie, zoals blijkt uit een notitie van Lommen uit
april 1936. De gemeenteontvanger, de ambtenaar belast
met werklozenzorg en de gemeenteopzichter moeten op de
raadzaal hun werk doen. Typerend voor de situatie waarin
de gemeente zich in de dertiger jaren bevindt, schrijft hij:
"Voor de werkloozenzorg lijkt het mij van veel belang dat
deze taak van de secretarie wordt afgenomen. De toestand
is nu zoo, dat in de ochtenduren, wanneer de werkloozen
komen stempelen, de secretarie vrijwel ontoegankelijk is
voor andere personen. De gang van de secretarie is gede
gradeerd tot opslagplaats van de te verstrekken levensmid
delen, wat eveneens een onhoudbare toestand is. "Zijn ei
gen kamer achter in het raadhuis op de benedenverdieping,
naast het 'cachot', kan hij soms met moeite bereiken.