Uitnodiging
U ileum-&onceitl
FANFARECORPS „ST. ALOYSIUS"
tot het bijwonen van het
te geven door het
bij gelegenheid van het
vzöerticj-jaricf ^zBeótaan
op Dinsdag 5 Januari 1954 in hotel
Borst te Bakkum
o.l.v. de heer <~W.- acobó
PROGRAMMA
1 Steadfast and True Mars van C. Teike
2 Le Calife de Bagdad Ouverture van Boieldieu
3 Sinfonia Joh. Chr. Bach
4 Filmprogramma
PAUZE
Aangeboden door de
U.S.I.S. Hoofdfilm:
„Arthuro Toscanini"
5 Orpheus aux Enters
6 Ganseblumen
7 Lynwood
Jac. Offenbach
Walsmelodiën
arr. Bisselink
Mars van J. Ord Hume
Uitnodiging en programma voor het jubileumconcert ter gelegenheid van het 30-jarig bestaan van Aloysius.
I953 wordt de gemeenteraad voorgesteld aan Aloysius, dat toen
bestond uit 34 leden, een bedrag van 300,- subsidie te verlenen.
Daarbij wilde het college aan D.I.U., bestaande uit 25 leden, 150,-
verstrekken. Na de nodige discussie stemde de raad daarmee in.
Op 5 januari 1954 werd er een jubileumconcert gegeven ter
gelegenheid van het 30-jarig bestaan van Aloysius. Quirinus de
Ruijter sprak toen in zijn openingsspeech ook zijn zorg uit over de
afnemende belangstelling van de jeugd. Vermeldenswaard van die
avond is nog dat er op het programma ook een film stond, getiteld
'Arthuro Toscanini'.
In de loop van de jaren zestig daalde het ledental van Aloysius,
vooral door de opmars van de televisie, tot het dramatische
dieptepunt van circa 10 leden. Het was mede aan de standvastigheid
van Wim Breetveld te danken, dat men besloot om toch maar door
te gaan en vanaf dat moment onder de naam 'Castricumse Fanfare',
die eerder tijdens de fusiebesprekingen in beeld was.
Na enige magere jaren namen het ledental en de muzikale activiteiten
gestaag toe. Het ging zelfs zo goed dat er weer een drumband kon
worden geformeerd en om die reden ging de vereniging verder onder
de naam 'Castricumse Fanfare en drumband'. De volgende stap was
het samengaan met de in de jaren zeventig opgerichte majorettegroep
en toen werd korte tijd gekozen voor de naam 'Castricumse Fanfare,
Drumband en Majorettes'. Al gauw bleek echter dat dit gezien de
lengte niet praktisch was. Daarop besloot men in het voorjaar van
1978 opnieuw een naamsverandering in te voeren en dat resulteerde
in de keuze voor 'Emergo', dat afgeleid is van het latijnse 'emergere'
en vertaald kan worden als verschijnen of opdoemen. De bedenker
was Frans Ploegaert en hij liet zich ook inspireren door de bekende
Zeeuwse spreuk 'Luctor et emergo', oftewel 'Ik worstel en kom
boven'. Het was een toepasselijke naam. omdat de vereniging in het
verleden vaak moest vechten om te kunnen blijven bestaan.
Een gedeelte van het verhaal van Quirinus de Ruijter
Quirinus de Ruijter beschreef de geschiedenis van zeventig jaar
blaasmuziek in Castricum in het Nieuwsblad voor Castricum van
22 november 1978. De Ruijter, die in 1983 is overleden, speelde
zelf trombone in Aloysius en was erelid van de vereniging. In
1964 ontving hij de eremedaille in zilver verbonden aan de
Orde van Oranje Nassau, omdat hij 40 jaar actief lid was van de
Castricumse fanfare:
"Jarenlang bestond het slagwerk van de fanfare uit de grote trom
en één kleine trom. Toen echter de drumbands in opmars waren,
kreeg men bij de fanfare ook behoefte aan uitbreiding van het
slagwerk. We hadden nog materiaal voorhanden en kochten er wat
bij en vonden vier meisjes bereid om een opleiding te gaan volgen
als tamboer. Gré Gijzen, Tritus Tool, Gré Weel en Thea Vervoort
gingen in de opleiding bij de heer Van der Touw, en na enkele
maanden reeds liepen ze voor de fanfare. Als zodanig hebben zij
zich bijzonder verdienstelijk gemaakt, doch toen zij de huwbare
leeftijd bereikten, moest de fanfare het weer zonder doen. Na het
vertrek van de dames werd het plan geboren om een complete
drumband op te richten. Geld was er niet voorhanden om zomaar
alles nieuw te kopen. We hadden in ieder geval vier trommen en
ook bleek de ketel van de grote trom uitstekend geschikt voor
39