Castricum - honderd jaar geleden In het jaar 1881 kunnen er geen schokkende gebeurtenissen te Castricum worden opgetekend. Het gemeentebestuur onder voorzitterschap van burgemeester jonkheer Boreel van Hoge- landen heeft zich in dit jaar onder andere bezig gehouden met de vernieuwing van de Bakkummerstraatweg, verzoeken voor een stoomtramlijn en een paardentramlijn van Castricum naar de Egmonden en met een verordening rond de drankwet. De burgemeester wordt regelmatig in het ongelijk gesteld en hij vraagt zich af of hij nog wel voldoende vertrouwen van de gemeenteraad geniet. Als kamerjonker in dienst van koning Willem III gaat hij in 1881 naar Rusland ter gelegenheid van de kroning van Alexander III tot tsaar der Russen. 9 februari 1881 Enkele opgaven aan de Commissaris van de Koning vermelden dat in Castricum: 2 stoomketels in gebruik zijn ca. 5 bunder land met bloembollen worden beteeld, in welke bedrijfstak in totaal 23 mensen werkzaam zijn de heer A. Reijnders als enige heelmeester met de geneeskun dige verzorging is belast. 16 februari 1881 Op 1 januari 1881 telt Castricum 1574 inwoners; op 31 december 1881 is dit aantal toegenomen tot 1633 inwoners. In 1881 worden 71 kinderen geboren, overlijden er 25 personen en is er een vestigingsoverschot van 13 personen. 5 januari 1881 Het gemeentebestuur bestaat naast de burgemeester Boreel van Hogelanden uit de wethouders Jacob Brakenhoff en A. van der Park en uit de raadsleden Jacob Kuijs Pz., W. Melker, J. Kuijs en F. Glorie. Door het overlijden van raadslid Jacobus Apeldoorn wordt op deze datum Jan Adam van Soll als nieuw raadslid geïnstalleerd. 17 januari 1881 De vernieuwing van de Bakkummerstraatweg is onderhands aanbesteed bij aannemer Othes uit Wognum. De raad heeft hiertegen bezwaar, wil de opdracht aan een Castricummer gunnen en wil besluiten tot een publieke aanbesteding. De burgemeester is het hier niet mee eens, allereerst vanwege de beloftes die inmiddels aan Othes zijn gedaan en bovendien omdat naar zijn zeggen metselaar P. de Nijs geen goed werk kan leveren. De gemeenteraad blijft echter bij haar besluit. Op 6 april 1881 vindt de aanbesteding plaats van het vernieuwen, herstellen en onderhouden van een gedeelte van de straatweg in de buurtschap Bakkum. De uitvoering wordt geschat op 1 tot 2 jaar. De laagste inschrijver is de Castricummer Lambertus van Benthem voor 399,-, verder Pieter Othes uit Wognum voor 490,-, Pieter Langedijk uit Beverwijk voor 690,-, Gerrit Ruiter uit Uitgeest voor 800,- en tenslotte Pieter de Nijs uit Castricum voor 825,-. De opdracht gaat derhalve naar van Benthem, terwijl Othes een schadevergoeding krijgt van 28,90 voor de gemaakte onkosten bij de opname van de Bakkummerweg. 1 februari 1881 Mej. A.W.B. de Hoog wordt als hulponderwijzeres aangesteld tegen een jaarsalaris van 500,-. Het onderwijzend personeel van de nog enige school in Castricum bestaat uit de hoofd onderwijzer Frans Ludewig, de heer D. Dekker en (tijdelijk?) de heer E. Berendsen met resp. een jaarsalaris van 900,-, 650,- en 700,-. Jaarlijks wordt publiekelijk bij opbod het gras van de bermen der gemeentewegen verpacht. In de acte, die de namen van de pachters bevat, treffen we veel straatnamen die nu nog bestaan. De volgende namen worden in de acte genoemd: Bakkummerweg (nu de Torenstraat Ruiterweg Bak- kummerstraat Heereweg) wegje achter Kerkzicht (nu Korte Cieweg) in Noord Bakkum: Duinweg, Zanddijk, Hoogenweg, Lim- merweg, het Groenelaantje, Noordbakkummerdijkje en de Madeweg. in Bakkum: Jan Miessenlaan, het Dijkje, de Haagse weg, de Laan, de Bleumer- of Veldweg, de Achterlaan, het Karhok. in Castricum: de Stet of Noordeinderweg, Kooijweg en Diepenlaan, de eerste en tweede Groenelaan, Kramersweg, stationsterrein met toegangswegen langs de veelading, Nieuweweg, weg naar Heemstede, Heemstederweg, Teeliks- weg, weg naar Dijksmeer, Maardijk, Achterweg tot het Haarlemmervoetpad en verder tot de Parallelweg, de Bree- weg en het Over, de Oudeweg, de Parallelweg bij de tol, het Postlaantje en de Malleweg. 6 april 1881 De zogeheten kiezerslijsten zijn gesloten. Het aantal kiezers in de gemeente Castricum bedraagt 60 personen voor de verkie zing van de leden der Tweede Kamer en 93 personen voor de verkiezing van een nieuwe gemeenteraad. Op de 3e maandag in september 1881 treden 7 leden der Tweede Kamer af uit de hoofdkiesdistricten Hoorn, Alkmaar, Amsterdam en Haarlem. Castricum hoort als onderkiesdistrict bij Alkmaar. In district Alkmaar trad af als lid der 2e Kamer Mr. W. van der Kaay; voor deze vacature gaan de 60 kiesgerechtigden op 14 juni 1881 te Castricum naar de stembus. 4 mei 1881 De gemeenteraad keurt een voorstel goed om de jaarwedde van de burgemeester met 50,- te verhogen tot 300,-. De goedkeuring van Zijne Majesteit de Koning wordt op 9 juni verleend en de verhoging gaat in op 1 juli 1881. 19 juli 1881 Het dagelijks bestuur besluit de brandspuit, welke zij tevoren bij de heer F.W. Stoel te Alkmaar heeft zien werken, van genoemde heer Stoel aan te kopen voor de somma van 250,-. 37

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Oud Castricum | 1982 | | pagina 37