Gestadige toename van leerlingen op de school
Door toename van het aantal gezinnen nam het aantal schoolleerlingen zodanig toe dat
de ruimte in de schoollokalen te klein was en er maatregelen genomen moesten
worden. Omstreeks het jaar 1860 bezocht een negentigtal kinderen de school. Hierbij
waren 28 kinderen afkomstig uit Harenkarspel. Om over meer ruimte in de school te
kunnen beschikken ontving de gemeente Harenkarspel de mededeling dat kinderen uit
die gemeente niet meer toegelaten konden worden op de school in Zijdewind.
Verzoek tot uitbreiding schoolruimte in de kerk
Burgemeester A. Wonder verzocht enige jaren later aan het kerkbestuur een groter
gedeelte van de kerk als school in gebruik te mogen nemen.
Hij gaf hierbij te kennen dat het gemeentebestuur bereid was de jaarlijkse vergoeding
van 25 te verhogen tot 40.
De toenmalige predikant ds. De Nijs had er ernstige bezwaren tegen, maar toen
burgemeester Wonder toezegging deed dat het verplaatsen van enkele houten schotten
en banken voor rekening van het burgerlijke gemeentebestuur kwam, kon het
kerkbestuur zich erin vinden.
De schooluitbreiding kon met ingang van 1 januari 1864 plaatsvinden onder
voorwaarde dat het gebouw ontruimd zou worden indien de kerkvoogden het gebouw
zelf weer in gebruik wensten te nemen.
Bezoek Commissaris van de Koning aan het kerkgebouw in Zijdewind
Alvorens de verbouwing een aanvang nam, bracht de Commissaris van de Koning een
bezoek aan Oude Niedorp en het kerkgebouw in Zijdewind. Naar aanleiding van dit
bezoek liet hij aan het kerkbestuur weten van mening te zijn dat het vanwege het
weinige gebruik dat nog van de kerk werd gemaakt, verstandig zou zijn om dit gebouw
aan de burgerlijke gemeente te verkopen. Het kerkbestuur kon zich daar geheel in
vinden en richtte een verzoek tot toestemming aan het College van Toezicht op
Kerkelijke zaken, de kerk te verkopen waarna het gebouw vervolgens ingericht zou
gaan worden tot een school voor openbaar lager onderwijs.
Verder werd erop gewezen: 'dat de kerk in Zijdewind staat, een dorp waar slechts een
tweetal protestantse gezinnen woont alsmede nog enkele gezinnen in de omgeving'. Er
kwamen naar aanleiding van dit verzoek enkele bezwaren binnen van lidmaten uit de
Moerbeek en van de Blokhuizen. Zij waren van mening dat als hun gezin de preek op
zondag niet meer in de kerk van Zijdewind kon bijwonen, zij dan genoodzaakt waren
naar de kerk in Oude Niedorp te gaan. Dat betekende toen een voettocht heen en terug
van enkele uren. Het Provinciaal College van Toezicht liet in mei 1864 weten dat het
naar aanleiding van de ingediende bezwaren geen toestemming tot verkoop van de
kerk kon verlenen.
Nieuw verzoek tot uitbreiding van schoolruimte
Voor het gemeentebestuur was nu wel duidelijk dat het de kerk niet voor het onderwijs
zou kunnen kopen. De twee ingebruikzijnde lokalen boden te weinig ruimte voor alle
leerlingen. Uitbreiding van klasruimte was noodzakelijk. In 1872 werd er aan het
Historisch Niedorp, informatieblad 2011 nr. 2