Bouwvalligheid van de kruiskerk
Door het achterwege laten van noodzakelijk groot onderhoud aan de kerkgebouwen
werden deze veelal zodanig bouwvallig dat zij geheel gerestaureerd of afgebroken
moesten worden.
In november 1869 gaf de voorzitter van het kerkbestuur te kennen dat, indien alle
gebreken aan de kerk goed en doelmatig zouden moeten worden hersteld, men nog tal
van jaren voor belangrijke kosten zou komen te staan. De vraag werd gesteld wat te
doen, doorgaan met repareren of een nieuwe en doelmatig ingerichte kerk bouwen.
Afgesproken werd de zaak nader te overdenken en hier te zijner tijd op terug te zullen
komen.
Kennelijk kon de preekstoel al niet meer gebruikt worden want korte tijd later reisde
een afvaardiging naar de stad Gouda en kocht daar een gebruikte preekstoel met het er
voor staande hek voor de somma van 407,50. Later bleek dat het hek niet geplaatst
kon worden. Het werd weer verkocht voor 150.
In 1871 besloot men met meerderheid van stemmen om een nieuwe kerk te gaan
bouwen.
-3-
De nederlands hervormde kerk te Nieuwe Niedorp getekend vóór de afbraak in 1875 - 1876