- 6 -
Slootwerk in de 18e eeuw
Het maken van drie dammen in de Dijksloot tussen Winkel en
Lutj ewinkel
De Dijksloot die zorgde voor de afwatering van de lage landen
in de Oosterpolder dicht onder de Westfriese Zeedijk, was in
1731 toe aan een behoorlijke baggerbeurt.
Om de Dijksloot'droog te leggen en uit te speten' waren drie
dammen nodig
P» CVN*. «N
ff*
Crs
^\üK.
pV. C\ exV S -n
£S-;) I- tL Ovn
^CtOir iv\ t S1 «X.OO »»-»
n>o,v^ OèttrQcAAa.r ioj-
sj
Op 14 april 1731 werden de drie dammen op de volgende condities
publiek aanbesteed:
'het slaan, leggen en volmodderen, mitsgars: leverantie van
hout voor drie dammen, de ene bij de Winkelerrijdde andere bij
off aan 't eijnd van de Dijksloot en de laatste bij en omtrent
Jan Backers molen.'De molen van Jan Backer stond op de plaats
waar in 1893 het stoomgemaal van de Oosterpolder zou verrijzen.
Jan Pietersz. Backer bemaalde deze molen vanaf 1719.
Voor 'maalloon en saijlelappen'ontving hij in 1719 40 12 0
dus 40 gulden en 12 stuivers en 0 penningen.
Molen1 aar Jan Pietersz. Backer overleed in 1751. Als zijn opvolger
benoemden de molenmeesters van de Oosterpolder Jan van Leijen uit
Winkel
Het molenaarsgeslacht Van Leijen bemaalde dus ruim 200 jaar geleden
ook al een molen in de Oosterpolder
In de publieke aanbesteding van het werk stond verder nog het
volgende: 'ten eerste zullen de aannemers de genoemde dammen
suffisant (voldoende) en digt moeten maken en deze aanvallen
met suijvere modder alsmede genoemde dammen soodanig moeten
hagten, ter tijdt en wijlen de molenveert beginnende van genoemde
Rijd af tot aan Jan Backersmolen toe, sal wezen opgespeten en schoon-
g emaakt
En ingeval één van de genoemde dammen, voordat de Dijksloot op-
gespeet en schoongemaakt is, komt door te breken, door te spatten
of over te stromen, zo sal de aannemer van deze dam daarvoor ver
beuren 6 gulden en daarboven voor iedere dag tot zolang als de
doorgebroken dam wederom digt en de onder water gelopen perken
wederom drooggemaakt zijn, 2 gulden.