Afb. 4: I roormalig gemaal met machinistenmning
Op zondag 23 nov. 1930:
"draaide de molen gedurende de hevigen wind, toen om half
elf bet bouwwerk niet langer tegen den storm bestandbleek
en de wieten het opgaven. De stukken vlogen in het rond,
een wiek werd 60 m ver weggeslingerd. Ook de halve kap
werd vernield en sloeg er af pjodat de molen totaal
onbruikbaar is geworden
(Alkmaarsche Courant 25 november 1930)
Dit vormde de aanleiding om de kosten van de
molen, een motorgemaal en een elektrisch gemaal
eens op een rijtje te zetten. De ingelanden beslo-
ten in januari 1931 tot de bouw van een stenen
gemaal met inpandige machinistenwoning op de
plaats van de vernielde molen, die toen werd
gesloopt. Het bestuur gunde de plaatsing van het
gebouwtje voor de nieuwe installatie aan een
plaatselijke aannemer. De installatie zelf, bestaan-
de uit een door een 25 pk (18 kW) sterke elektro-
motor aangedreven verticale schroefjpomp, werd
geleverd door de N.V. Machinefabriek Gebr. Stork
en Co. Op 21 September 1931 vond de beproeving
van het nieuwe gemaal plaats. Daarop werd het in
bijzijn van onder andere de burgemeester van
Egmond-Binnen officieel geopend.
De Tweede Wereldoorlog is niet ongemerkt aan
de polder voorbij gegaan. In november 1940
vielen er vlakbij het gemaal enkele bommen. In de
loop van 1941 kreeg de polder te maken met de
aanleg van een namaakvliegveld. Er moest in
verband hiermee extra worden gemalen. Verder
liet de bezetter diverse sloten afdammen en
camoufleren met rietmatten. In de buurt van het
gemaal verrees een bunkercomplex met bijbeho-
rende tankval. De machinist moest zijn woning
ontruimen. Deze bleek na de bevrijding flinke
schade te hebben opgelopen. Ook de polder lag
er verwaarloosd bij. Er was vanwege de camoufla
ge jaren niets aan het slootonderhoud gedaan. De
uitwateringstocht van het gemaal was voorts
verstopt met zand uit de tankval. Door het oprui-
men van de bunkers met behulp van explosieven
was er nog meer zand in de tocht gekomen. Het
herstelwerk werd vlot ter hand genomen. In april
1946 waren de waterlopen van de polder weer in
orde.
In de jaren na de oorlog veranderde de polder
ingrijpend door de uitbreiding van de tuinderij en
de bloembollenteelt. Beide culturen stellen hoge
eisen aan de waterbeheersing en dit bracht de
nodige moeilijkheden met zich mee. In 1957
kwamen de tuinders met verlangens tot herzie-
ning van de complete waterhuishouding in de
polder. Op een ingelandenvergadering van
*Afb. 5: Huidiggemaalpe Vennewaterspolder
52